13 februari 2009

Luisteren met beide oren

Er worden soms heel overtuigende argumenten bijeengesprokkeld om de onwetende toehoorder of lezer te overtuigen van het gelijk van een van de protagonisten in een discussie. Het kan overigens best zijn dat het ook zo is, maar toch even naar beide kanten luisteren kan geen kwaad. Zeker niet als men daardoor beseft dat het soms moeilijker is om de juiste toedracht te kennen, dan het lijkt.

Neem nu de Fortis affaire van de laatste dagen (stemming aandeelhouders) en de reacties van de federale regering. De stemming over de Fortis deals werd door de aandeelhouders weggestemd. Men verwees naar een mogelijke manipulatie van de regering om geschorste aandelen toch toe te laten om hun eraan verbonden stemrecht te laten gelden. Volgens de enen ging deze actie uit van de regering (Reynders), waarop Van Rompuy reageerde en bevestigde dat deze vraag uitging van Fortis bank. Wie heeft er gelijk?
Wanneer men uit de media deze passages aan mekaar linkt die voor Reynders belastend zijn (vooral vandaag in DS), is het niet moeilijk om mensen die al geen hoge pet van hem ophebben te overtuigen van zijn schandalige poging om de regeringsbeslissing alsnog erdoor te duwen.

Als men echter redenen zoek om het tegenovergestelde te geloven, zal men luisteren naar Van Rompuy die zegt dat het Fortis bank was die deze ongelukkige vraag stelde en niet Reynders. Dat hij in één adem een ander zwart schaap aanwijst, de chinees Pin An, doet er niet toe, maar of het zijn geloofwaardigheid versterkt? Wie u gelijk geeft zal dus afhangen van wat u wil horen en uiteraard de geloofwaardigheid van de protagonisten.

Voor wie geen vertrouwen meer heeft in de politici én de bankmanagers is er een derde mogelijkheid: dat Fortis bank de vraag wel stelde maar dat het plausibel is om te geloven dat Reynders Fortis bank opdracht gaf om deze poging te ondernemen zodat hijzelf buiten schot kon blijven. Dan heet dan zijn ver antwoordelijkheid ontlopen of in eenvoudige termen achterbaksheid. Dan heeft de hele regering boter op het hoofd en gooide Van Rompuy zijn aureool van integriteit en geloofwaardigheid te grabbel.

Want geloofwaardigheid dáár gaat het om en is dat nu niet precies het grote probleem van de bankmanagers en federale politici? Alleen kunnen bankmanagers weggestuurd worden, voor federale politici, die staan voor het Belgisch belang(?) lijkt dat veel moeilijker. Hun ultieme verdedigingsgordel is het verwijt dat ‘men’ – dat zijn wij allen, kritisch ingestelde toehoorders/lezers - de polarisatie voedt; nog meer ‘wij tegen zij’. Dan heb ik wel één vraag die ik graag aan de eerste minister zou willen stellen: zouden we dan mogen weten wat de politici en bankiers dan wel van ons verwachten?

De mediaoorlog tussen Delhaize en Unilever heeft deze week gezorgd voor enige ophef en toen ik het opnam voor één partij (Unilever, op het moment dat Delhaize als eerste dit probleem eenzijdig via de radio naar buiten bracht) kreeg ik prompt reactie van een vriend en trouwe lezer. Even beide kanten bekijken?

Delhaize stelt dat ze verplicht wordt om het Unilever gamma uit de rekken te nemen omdat Unilever een veel hogere prijs eist. In hun winkels staat bij elke lege plek een bordje met de aanbeveling om een ‘gelijkwaardig’ product te kopen dat ze wel in voorraad hebben. Unilever wordt publiek gehekeld als de boeman die onredelijke prijsverhogingen eist.

Unilever vertelt een heel ander verhaal, dat begint bij de vaststelling dat de winstmarge op de eigen producten beduidend kleiner is dan de winstmarge van Delhaize op diezelfde producten. Geen probleem voor Delhaize dat terecht zijn eigen prijzen mag bepalen, zolang de klanten deze maar billijk vinden. In september 2008 wordt Delhaize op de hoogte gebracht van de vraag om voor 2009 een nieuwe overeenkomst te onderhandelen (het gaat om jaarlijkse akkoorden), wat betekent dat Delhaize vanaf dan wist dat het lopende akkoord niet zou verlengd worden. Tot begin januari weigert Delhaize te onderhandelen over een nieuw akkoord. Gevolg: alle leveringen na 1 januari worden gefactureerd aan de volle prijs, vermits de toegekende kortingen deel uitmaken van een akkoord dat er niet is. De ‘volle pot’ prijs is niet hoger dan de inflatie in het voorbije jaar en dus best aanvaardbaar. Maar de grote kortingen die Delhaize krijgt zijn er niet meer waardoor Delhaize gelijk heeft als ze zeggen dat de aankoopkosten gestegen zijn met … 30% ? Een van die kortingen is de belangrijke korting voor klanten die het ganse assortiment nemen en daar ook de nodige promotie campagnes voor willen steunen. Dat is blijkbaar waar het schoentje voor Delhaize wringt.
Delhaize wil met goedkopere producten de concurrentie aangaan met ALDI. Daarom willen ze hun assortiment in deze prijsklasse promoten en uitbreiden. Dat staat haaks op het grote assortiment van Unilever en veroorzaakt praktische problemen (ruimte en grotere stocks en gelijktijdige promotiecampagnes voor twee verscheiden strategieën). Naamsbekendheid versus de goedkoopste zonder merknaam. Strategische keuzes hebben natuurlijk ook consequenties.
Unilever staat sterk want niet zo afhankelijk van deze klant, maar het doet geen deugd en ook Delhaize zal een aantal klanten verliezen. Delhaize dreigt zijn imago van de ‘betere winkel’ te verliezen. Beide kampen zullen uiteindelijk tot een vergelijk komen en dan zal men zich afvragen of het wel nodig was om zo lang te wachten en het uit te vechten via de media.

Ondertussen is het bij Colruyt en andere afnemers van het Unilever assortiment kassa, kassa. En als later de prijs stijgt in Delhaize zal ook hun winstmarge groter worden.

Voor wie Delhaize volgt en de vervangingsproducten koopt: HLN heeft de moeite gedaan om de prijzen voor het volledige pakket te vergelijken (de voorgestelde vervangingsproducten in plaats van Unilever producten) en kwam tot de vaststelling dat de klant 290 euro moet betalen in plaats van 240 euro. Zo goedkoop lijken alle vervangingsartikelen dus niet te zijn!

Pjotr