10 oktober 2009

De tweede lezing van de stembusgang

ANDERS GELEZEN & GESCHREVEN

deel 1

Beste Lezers,

De media krijgen heel veel informatie aangereikt en beslissen zelf wat en hoe ze deze informatie brengen. Dat is niet eenvoudig. Met deze bijdrage van ANDERS GELEZEN, wil ik u een voorbeeld geven van hoe Anders men dezelfde feitelijke informatie kan lezen en schrijven.

In deze bijdrage worden dezelfde thema’s behandeld die in DS van 8 okt stonden onder dezelfde titel (blz 4 & 5) maar dan Anders gelezen en herschreven. Aan géén enkele van de feitelijke gegevens werd iets gewijzigd. Alleen, wat gecamoufleerd was werd uitvergroot en andersom werd sommige informatie gerelativeerd.

In de linkse kolom leest u hoe DS “De tweede lezing van de stembusgang” bracht en in de rechtse kolom de versie 'Anders geschreven'. De overeenkomstige passages in beide teksten kregen ook dezelfde achtergrondkleur.

Dit artikel is verstuurd naar de abonnenten van de nieuwsbrief; wie interesse heeft kan deze bijdrage aanvragen via mail aan andersnieuws@gmail.com

Om even bij stil te staan,

deel 2

De schaamte voorbij

Er gebeuren zoveel dingen in de achterkamertjes van de macht die het daglicht niet mogen zien. Het is zelden dat explosieve zaken aan het licht komen, zoals recent de mails van partijvoorzitter Caroline Gennez (sp.a). Het is verbijsterend dat sommigen het ongehoord vinden dat iemand deze informatie (e mails – zie DS 8/10) publiek heeft gemaakt – de boodschapper is fout! Dat klinkt zo (DS 10/10): 'Dit is geen akkefietje, ik til er heel zwaar aan. Het is wansmakelijk dat mensen die hier komen vergaderen, god weet wat van een bureau meegraaien en aan de pers doorspelen. Dit is een open huis en iedereen voelt zich nu bekeken’. Wanneer ik dergelijke reactie lees, dan denk ik dat ‘ze’ het niet begrepen hebben en de enige conclusie zal zijn dat men zich nog meer en nog beter gaat verbergen achter gesloten deuren. Een open huis? Komaan zeg, hoe hypocriet kan men wel zijn!

Maar het is de schaamte voorbij als we verder lezen, ik citeer: 'Ik heb die mails niet geschreven, ik heb Barteld Schutyser niet om advies gevraagd. Barteld blijft een vriend, maar ik denk niet dat hij nog mails zal sturen.' Hoe klein kan men zijn om de schuld te leggen bij “een vriend” die haar bijstaat sinds ze partijvoorzitter is. De raadgever in moeilijke tijden. Overigens, in de krant werd slechts de eerste van 4 blz getoond en kan men zich dus afvragen wat voor fraais er nog stond op de volgende blz (die zo gefotografeerd werden dat men duidelijk kan zien dat er nog pagina’s zijn).

Erger wordt moeilijk, maar is het ongewoon, uitzonderlijk? Dat denk ik niet. Na al de schandalen die ondanks alle voorzorgen toch aan het licht komen kan men slechts vermoeden dat dit de gangbare methode geworden is in alle politieke partijen (maar hopelijk niet altijd op dezelfde cynische manier).

Zal de roep naar meer transparantie gehoord worden? Herman Van Rompuy schrijft hierover in zijn boekje ‘Op zoek naar wijsheid’ (mei 2007): ‘Transparantie is een modewoord. Telkens als er een nieuw woord opduikt, wil dat zeggen dat er een tekort wordt vastgesteld, waaraan men wil verhelpen. Transparantie wil meestal hetzelfde zeggen als waarheid: de dingen voorstellen zoals ze zijn. Er is gelukkig een tegenbeweging tegenover misleidende reklame of tegen belangenvermenging en corruptie’.

Beste Herman, ik vrees dat jouw zoektocht naar wijsheid het zal moeten afleggen tegen het cynisme van de macht waar ook menig christelijk (machts)politicus niet om maalt. Noemt u hen niet de realo’s?

Pjotr
Anders gelezen

05 oktober 2009

In de spiegel kijken kan helpen

ANDERS GELEZEN

Wellicht had menig lezer moeite bij het lezen van de verschillende bijdragen over de gevangenzetting van ex-VBO voorzitter Luc Van Steenkiste in het kader van een onderzoek naar handel met voorkennis.
Advocaat HANS RIEDER die als eerste een emotionele aanklacht lanceert tegen de voorhechtenis (DS 24/09); de onderzoeksrechter KAREL VAN CAUWENBERGHE die uitlegt waarom voorhechtenis wél een goed instrument kan zijn (DS 24/09); LUC DE BRUYCKERE voorzitter van Voka en persoonlijke vriend van Luc Vansteenkiste, die zich vragen stelt bij de verlenging van de aanhouding van zijn vriend (DS 25/09); De schrijnende getuigenissen van enkele getuigen die het zelf meemaakten, DE SCHANDE VAN DE VOORLOPIGE HECHTENIS (DS 26/09);

In De Tijd, (03/10) FRANK DEMETS, onder de titel DE VINGERAFDRUKKEN VAN DE WITTEBOORDCRIMINEEL, komen de onderzoekers aan het woord en daaruit blijkt dat het niet gaat om amateurs en hun werk niet berust op willekeur en ‘vertelseltjes’.

De bijdrage van DORIAN VAN DER BREMT, Voorkennis, kennis en nakennis (Knack 30/09) bracht mij helemaal in de war. Dat er verschillende vormen en gradaties van voorkennis zijn wisten we. Dat het eigenlijk hierop neerkomt dat het inherent is aan een kapitalistisch ( beurs) systeem is al een hele stap verder. Dat hij het ziet als een ingrediënt van elk strategisch denken als sluitstuk van zijn betoog, kan tellen.

Daarnaast waren er de vele terugkerende vragen van lezers: Is niet iedereen gelijk voor de wet? Heeft Justitie wel de middelen om dergelijke overtredingen te kunnen opsporen en sanctioneren? Waar blijven de rechten van het slachtoffer dat opgevoerd wordt in de media vooraleer de schuld bewezen is?

Dat de voorhechtenis een vreselijke ervaring is zal niemand betwijfelen. Het zou zo veel beter zijn mocht het niet nodig zijn. Maar in alle kranten stond ook geschreven dat die inbreuken zo moeilijk te bewijzen zijn en dat slechts een domoor riskeert om gesnapt en veroordeeld te worden. Is het dan verkeerd wanneer het gerecht de weinige wettelijke middelen, waaronder de voorhechtenis, gebruikt?

Waar het hier om gaat is niet enkel die ene ex-VBO voorzitter; in feite ligt het ganse wereldje van ‘ons kent ons’ onder vuur. Immers, er is géén goede verklaring voor de verkoop van een ongelooflijk groot aantal aandelen op die bewuste vrijdag 3 oktober. Het kan wel zijn dat er geen juridische bewijzen gevonden worden, maar dat het volksgevoel hier niet in meestapt, getuigt enkel van een gezond wantrouwen. Laten we hopen dat de resultaten van het onderzoek naar de identiteit van al wie op die zwarte vrijdag heeft verkocht bekend worden. Niet de namen zijn belangrijk maar het zou getuigen van respect voor de maatschappij mocht men ons kunnen duiden tot welke beroepscategorie ze behoren. Het zou veel van het wantrouwen kunnen wegnemen.

Ook de media mag men niet met de vinger wijzen als ze via onderzoeksjournalistiek misbruiken en overtredingen aan de kaak stellen, die Justitie niet vond, of toedekte uit corporatistische overwegingen. Het zou wel getuigen van meer klasse mocht men de informatie zakelijker brengen in plaats van met een grote foto op de voorpagina (DS 26/09) die enkel de sensatiezucht bevredigt.

Na het lezen van de vele bijdragen en de nog talrijker reacties van gewone mensen kwam ik niet tot een duidelijke mening maar wel tot een rustgevende gedachte: ook al zullen wellicht velen hun straf ontlopen, wanneer ze ’s morgens in hun badkamer voor de spiegel staan zullen ze merken dat er een verschil is tussen vooraanstaand en hoogstaand. Ook maquillage kan dat niet verbergen.

Pjotr