05 juni 2012

De ondraaglijke lichtheid van de gezagsgetrouwe media



ANDERS GELEZEN
dS, enkel nog de waan van de dag
Voorpagina dS 4 juni: Lieten doet het weer. Pag. 4 en 5: Over SP.A en Lieten. Vervolg op 5 juni.
Het tiende Gravensteenmanifest: behalve een pietluttig artikeltje onderaan links op vrijdag 1 juni, géén enkele vermelding. Blijkbaar onbelangrijk voor de redactie van De Standaard, terwijl meer dan veertienduizend mensen deze manifesten wel belangrijk vonden en ze ondertekenden. Dat de waan van de dag belangrijker is dan een gedegen kritiek op de communautaire regeringsakkoorden zegt veel over het tabloid karakter van deze zelfverklaarde kwaliteitskrant. Net nu in de senaat de traditionele regeringspartijen hun Vlaamsgezinde kiezers een dolk in de rug steken door een akkoord goed te keuren waardoor Franstalig Brussel nog meer invloed krijgt in de Rand en de Vlamingen in Brussel verder gemarginaliseerd worden, is beschamend. Dat de gezagsgetrouwe media over het duurbetaalde compromis zwijgen is veelbetekenend voor de onafhankelijkheid van de redactie. Of zoals een gewezen topjournalist van dS mij in besloten kring vertelde - zijn initialen zouden hem herkenbaar maken – dat mensen zoals Thomas Leysen die kranten uitgeven, dit vooral doen om hun mening te kunnen promoten. Dat de Gravensteenmanifesten niet passen in de overtuiging van Corelio-baas Leysen weten we sinds hijzelf in de aanloop naar de vorige verkiezingen in 2010 dS misbruikte om een anti-Vlaamse politieke oproep te publiceren. Is sp.a minister Lieten meer inkt waard dan de Gravensteenanalyse? Zou Lieten ontslag moet nemen wegens teveel testosteron terwijl Vande Lanotte die zijn politieke macht ge/misbruikt voor private activiteiten, rustig mag blijven zitten in de federale regering en in de gezagsgetrouwe media (o.a. VRT, dS en DM) duidelijk gespaard wordt. dS, een onafhankelijke redactie?
Voor wie wel belangstelling heeft voor de analyse van de Gravensteengroep:
In de mailbox gevonden: Het zilveraffront (met dank aan lezer A.D.)
In moeilijke economische tijden zoals nu, met een regering die wanhopig op zoek is naar geld om het steeds groter wordende gat in haar begroting dicht te kunnen rijden, zou een bedrag van, zeg maar, 15 miljard euro goed van pas kunnen komen. Nu, er blijkt zo'n bedrag gevonden te zijn. Het is namelijk de inhoud van het Zilverfonds, ooit opgericht door professor Vande Lanotte, minister van Begroting in de regering van de actieve welvaartstaat onder Verhofstadt. Als ik me niet vergis was Vande Lanotte ook toen vice-premier. Het was de bedoeling dat het Zilverfonds zou gespijsd worden met de overschotten op de begroting, diezelfde begroting waarvoor Vande Lanotte toen verantwoordelijk was. Daarbuiten hoopte men ook op eenmalige inkomsten. Het geld van het Zilverfonds moest in de eerste plaats dienen voor het opvangen van de extra kosten die de toenemende vergrijzing van de bevolking met zich zou meebrengen. Momenteel zit er in dat Zilverfonds zo'n 15 miljard euro, ongeveer de helft van wat men gehoopt had erin te kunnen brengen. Het probleem is, dat men er niet bij kan. De overheid heeft het geïnvesteerd in .... overheidsobligaties. M.a.w. ze heeft dat geld aan zichzelf uitgeleend. In gewone mensentaal: men heeft het geld opgesoupeerd. Niet waar, zeggen de 'specialisten', zoals alle obligaties hebben ook deze van het Zilverfonds een vervaldatum en daarin hebben ze nog gelijk ook. In dit specifiek geval hebben ze wel een probleem: door het feit dat de overheid het geld aan zichzelf heeft uitgeleend zou, als men die 15 miljard inzet waar het voor dient, de staatsschuld meteen met eenzelfde bedrag zou verhogen... Daar houdt het trouwens niet bij op. Er bestaat ook een hele administratie die dat Zilverfonds beheert en dus nog extra geld kost, alhoewel daar zo goed als niets gebeurt. Slapende ambetantenarij, die al meer dan tien jaar betaald wordt om, ja, om wat te doen? Knappe koppen, die dat allemaal hebben uitgedacht. De knapste, Vande Lanotte was niet voor commentaar ter zake bereikbaar, toen een ploeg van Ter Zake hem daarover wilde interviewen. Raar,hé.............?
Knack - RVC : zoek het verschil tussen Vanden Boeynants en Vande Lanotte
… Vande Lanotte was ook voorzitter van Otary, een consortium met onder meer Electrabel dat windmolenparken bouwt. Toen hij opnieuw minister werd, nam Vande Lanotte, zoals het hoort, formeel ontslag. Maar de band met Otary blijft wel bijzonder intens. Het consortium wordt immers voorgezeten door kameraard Olivier Vanderijst, een PS-creatuur met een onoverzichtelijke mandatenlijst achter zijn naam. Puur toeval: diezelfde Vanderijst, ooit woordvoerder van Guy Mathot, werd onlangs door de regering aangewezen als regeringscommissaris bij de NMBS die, zoals iedereen weet, ook dure plannen heeft in Oostende. Met zijn agent Vanderijst in Oostende en bij de NMBS kan premier Elio Di Rupo best wel vertrouwen op vicepremier Vande Lanotte. De premier kreeg zelfs de lachers in het parlement op zijn hand met de melding van Vande Lanottes onbezoldigde mandaat bij VZW Kerstfeest, een vereniging die jaarlijks een kerstfeest voor Oostendse bejaarden organiseert. De vergelijking met Vande Boeynants is weer treffend. VDB wilde graag gepensioneerden verrassen met door hem geleverde pensen met appelmoes. Politici als Vande Lanotte, Verhofstadt en Dehaene maken zich vaak zorgen over het toenemende populisme. De oorzaak daarvan staart hen elke ochtend aan vanuit de spiegel.
Onzindelijke Reynebeau (over het Vlaams handvest)
Gepost door Jaak Peeters (N-VA); Mei 2012
Even meelezen: “Eerst de teneur: het handvest is nationalistisch van inspiratie. Deze kritiek komt enkele keren in het stuk voor, dus mag men aannemen dat die ‘nationalistische inspiratie’ Marc Reynebau erg hoog zit. (…) Vreemd is het, dat de heer Reynebau geen moeite blijkt te hebben met een Belgisch nationalisme, doch wel met een Vlaams nationalisme. De enige bedoeling van het ontwerp, verklaart hij, is Vlaanderen uit België los te maken. Tja: dat mag dus volgens de Heilige Leer van Reynebau niet. België is eeuwig, het eindpunt van onze geschiedenis. Overigens maakt Reynebau zich toch wel belachelijk als hij het gebeuren over dat ontwerp van Handvest verbindt met het jongetje dat een kookpot op het hoofd zet en een pollepel als zwaard hanteert. (nvdr dat noemt men grijnslachjournalistiek) Begrijpt de heer Reynebau zelf wel wat hij hier zegt? Wat hij hier aanvalt is noch min noch meer de emancipatie zelf, want die bestaat er nu net uit dat ‘het jongetje’ zichzelf inderdaad ophijst tot op het hogere niveau. In de geschiedenis – Reynebau is historicus en moet dat dus weten – werden de lieden die hun volk wilden emanciperen altijd al misprezen door hen, die meenden de ware elite te zijn en daarom het recht te hebben om te heersen. Dat misprijzen werd enige tijd geleden door Marc Reynebau overigens zélf uitgesproken, toen hij verklaarde dat de eerste Vlaamse Bewegers veelal gefrustreerde kleine bourgeois waren. Aan zichzelf kent men de halve wereld! De heer Reynebau zou Ludo Abichts recente boekje over populismeeens moeten lezen. Net als schrijver dezes is Abicht zwaar geporteerd voor een zo ver mogelijk gaande emancipatie van mens en volk. Dat is nodig om moreel vermogen te verwerven. Zonder vrijheid is er geen moraliteit, want wie geen keuze heeft, kan geen fouten maken en dus ook geen goeds verrichten.
Vervolgens tapt Reynebau uit hetzelfde vaatje als novellen: de identiteit van de modale Vlaming zou ‘gelaagd’ wezen. Is er één nationalist die zulks betwist? Graag namen dan! Prof. M. Storme schreef over die gelaagdheid enkele jaren geleden reeds in het in Rotterdam verschijnende Civis Mundi. Schrijver dezes vergeleek in het jaarboek van het VVA van 2011 de menselijke identiteit met een wolk van betekenissen. Die wolk verandert voortdurend, zoals echte wolken doen. Er komen lobben bij en er verdwijnen er. Er komen gaten in; sommige delen worden donkerder, andere lichter. Mettertijd versmelten wolken met andere of vallen uit elkaar. Afhankelijk van het ogenblik worden andere delen – zeg maar: betekenissen – beklemtoond. Als ik in Spanje ben, kom ik uit De Nederlanden; als ik in Amsterdam ben, ben ik een Vlaming oftewel Zuid-Nederlander; als ik in Antwerpen rondloop, ben ik een Brabander en als ik in mijn eigenste dorp rondhang, ben ik een Olenaar. Bovendien ben ik amateurwijnbouwer, voorzitter van een paar verenigingen, vader, echtgenoot, grootvader, oom, buurman en zoveel meer. Maar altijd blijf ik een Vlaming, al is dat deel van de wolk van betekenissen niet altijd de centrale focus van mijn aandacht. Als ik aan de toog in het café de grote problemen van het dorp uit de doeken doe, tezamen met de andere verbruikers, sta ik niet de hele tijd uit te schreeuwen dat ik een Vlaming ben. En toch ben ik dat. Doet dit alles iets af van het bestaan van een Vlaamse identiteit? Men moet ook zindelijk willen denken.
En wat te zeggen over de uitspraak van Reynebau dat de inschrijving van Vlaanderen in de Belgische staat de onafhankelijkheid van Vlaanderen in de weg staat? Als dit handvest een politieke momentopname is, zoals Reynebau zelf schrijft, dat geldt dat ook voor deze bepaling. Want als artikel 35 van de Belgische grondwet in confederale zin wordt uitgevoerd, liggen de kaarten plots heel anders. De waarheid komt natuurlijk altijd wel boven water: dit handvest verhindert het instellen van een Belgische kieskring, dé fetisj van alles wat droomt over La Belgique Une et Indivisible.
Uittreksel Frans parlementair verslag
Intussen leeft in Wallonië nog steeds de mening dat Vlaanderen veel te danken heeft aan de Waalse rijkdom van weleer. “Au-delà de ces facteurs proprement économiques, nombre de responsables wallons estiment que les déboires de la Wallonie résultent en partie d’un « abandon » de la région par l’État belge, contrôlé par les Flamands. M. André Flahaut a ainsi affirmé à la mission que « les mécanismes nationaux ont été biaisés en faveur de la Flandre » : pendant des décennies, la construction des compromis entre la Wallonie et la Flandre est passée par le financement d’infrastructures ou le soutien à l’implantation d’industries en Flandre, grâce à la richesse wallonne ; pendant que l’État subventionnait chichement les derniers bassins houillers wallons, il soutenait massivement l’extraction en Campine.”
Anders Gelezen: één van de auteurs van dit rapport is Jean-Pierre Kucheida waarover volgende te lezen is (Wikipedia): “En novembre 2011, un rapport de la chambre régionale des comptes met en cause Jean-Pierre Kucheida. Cet audit financier critique la gestion de la Soginorpa, bailleur social qui gère les anciens logements miniers dans le Nord-Pas-de-Calais, dirigé par Jean-Pierre Kucheida5. Début décembre 2011, suite à des propos du député socialiste Arnaud Montebourg parlant de corruption des élus du Pas-de-Calais, Martine Aubry prend la décision de « geler la désignation » de Jean-Pierre Kucheida aux législatives. Suite à l’enquête diligentée par le Parti Socialiste et menée par Alain Richard, il n'est pas investi par le Parti Socialiste pour les élections législatives de 2012. Le PS investit Nicolas Bays. Il se présente donc sans étiquette. Le 29 mai 2012, il est exclu du PS pour avoir présenté une candidature dissidente.
Wat niet in dit rapport staat: Er wordt voorbijgegaan aan de inspanningen van de duizenden Vlamingen en andere buitenlanders, zonder dewelke deze “welvaart” grotendeels ondergronds zou gebleven zijn. Het rapport rept evenmin over de rol van de rijkste Belg, Albert Frère, die in de jaren zeventig zomaar één miljard kreeg van de federale regering (de toen bevoegde minister was toevallig ook een socialist, Willy Claes) voor de verkoop van het zieltogende Cockerill. Met dat geld kon hij de basis leggen voor zijn later imperium. Het zijn Franstalige Brusselaars die Wallonië hebben leeggezogen en de Franse buren sponsoren zoals blijkt in zowel het Fortis als Dexia debacle.
Rest de vraag aan eerste minister Di Rupo: Graag zou ik willen weten of u als vertegenwoordiger van álle Belgen van plan bent om het foute beeld van de Vlamingen te corrigeren? Zoniet bewijst u alleen maar dat zij die u niet aanvaarden als premier goede redenen hebben!
Pjotr
Anders Gelezen