01 mei 2013

Links en Vlaamsgezind


 
MEDIA EN POLITIEK   ANDERS GELEZEN
dS online steekt in een nieuw kleedje. De opvallendste vernieuwing? Het forum waarop lezers konden reageren is verdwenen. Alleen daarom al een geslaagde “onverwachte verwachting”. Ze zullen er alvast de moderator blij mee maken. Zeg nu zelf, die opgefokte reacties, tot daar aan toe, maar telkens beschaafd geformuleerde kritiek moeten publiceren werkt een normaal mens al op de zenuwen, laat staan iemand met lange tenen. Overigens gebeuren er nog rare dingen bij dS. Hoofdredacteur Bart Sturtewagen transformeerde zichzelf tot “opiniërend hoofdredacteur”. Ondertussen kwam ombudsman Tom Naegels tot de conclusie dat zijn eigen opinie (column) in dS niet samengaat met zijn opdracht als ombudsman. Zou de ombudsman méér bekommerd zijn om de kwaliteit van de krant dan de opiniërende hoofdredacteur? Ze zijn blijkbaar de pedalen aan het verliezen bij dS. In elk geval zou het goed zijn mocht Sturtewagen voortaan telkens vermelden welk  petje hij op heeft, journalist of opiniemaker. Van Karel Verhoeven, de andere, vermoedelijk nog niet-opiniërende, hoofdredacteur mochten we vernemen dat dS niet van plan is om zijn digitale krant weg te steken achter een betaalmuur. Het zou dS online minder populair maken. De lezers monddood maken is geen probleem?
 
Links Vlaanderen bestaat alvast ondergronds
In het maandblad Doorbraak online kon de Marokkaanse Belg Mohamed Talhaoui eens een totaal ander geluid laten horen: Links en Vlaamsgezind bestaat en is hoognodig. Hij uit zware kritiek op de traditionele partijen en vooral de progressieve die blijven steken in een Belgicistische verhaal. Zo schrijft hij: De financiële crisis en de onbegrijpelijk weerbarstige houding van de Franstalige partijen in de daaropvolgende episode heeft het grootste deel van Vlaanderen doen inzien dat de huidige inrichting van de Belgische Staat niet alleen dringend maar eveneens grondig moest aangepakt worden. Niet prutsend zoals voorheen, maar draadkrachtig zonder omzien. De tragedie voor de traditionele partijen was dat het enkel de N-VA leek te zijn die daarvoor ogenschijnlijk de oplossing op zak had. (…) Bij onze analyse moeten we daarom twee zaken goed van elkaar onderscheiden, nl. de communautaire en de sociaal-economische agenda van politieke partijen. Omheen deze twee assen zou in feite een zeer kleurrijk pallet aan politieke oriëntaties in Vlaanderen moeten welen (groen-links, Vlaams-groen, unitair-liberaal, Vlaams-liberaal, etc,…).  Het is dan ook bijzonder vreemd in ons land te moeten vaststellen dat op het vlak van de Vlaamse onafhankelijkheid de partijvorming in onze regio zich concentreert rondom het Vlaams rechts tot extreem-rechtse gedachtegoed. (… In vele landen waar onafhankelijkheidsbewegingen actief zijn, komt deze wind vaak uit linkse hoek. Alleen in Vlaanderen is links allergisch om Vlaams te  willen zijn en verkiest zij het Belgisch dure bestuurslabyrint boven transparant en efficiënt zelfbestuur.”
Na de vaststelling dat Vlaamsgezind Links politiek dakloos is volgt de kritiek op N-VA: “Ik moet toegeven dat ik aanvankelijk een zekere sympathie had voor de N-VA en haar succesrijke formule om een zekere afstand te nemen van het rauwe racisme van Dewinter. Ik vroeg en kreeg zelfs hun visie i.v.m. minderheden onder ogen en kon nauwelijks het verschil merken met de andere centrumpartijen op dit vlak. Maar woorden zijn woorden en geen daden. En net als het Vlaams Belang nu had ook de N-VA toen een existentiële behoefte om een geldig rijbewijs te bekomen om in de democratie niet bij de start aan de kant te worden gezet. Maar afgaand op hun falend integratiebeleid in de Vlaamse regering (nvdr waar ook sp.a en CD&V in zit) qua inburgering en werk alsook het ontluikende wanbeleid dat zich stilaan in Antwerpen openbaart, kan men onomstotelijk beweren dat de N-VA voor minderheidsgroepen niets in petto heeft, allochtone burgemeesters in het verschiet of niet.”
Deze laatste ongenuanceerde uitval doet afbreuk aan de vorige analyse. Zijn eigen wellicht onbewust verkeerde woordkeuze  “onomstotelijk beweren” maakt dit duidelijk. Maar toch blijft hij eerst Vlaming want besluit als volgt: Progressief Vlaanderen moet dringend de ogen openen en ophouden te leven ‘in denial’. Alsof Di Rupo en Milquet ook maar één dag om Vlaanderen zouden treuren indien de N-VA in haar separatistisch opzet zou slagen. Eens Brussel binnen, zal dit koppel nooit of te nimmer één Vlaamse zin uitkramen. (…) Er moet dringend pro-actief vooruit worden gedacht. Misschien is de huidige politieke en economische crisis een kantelmoment om zich als Vlaams verscheiden middenveld te scharen achter een politiek breed gedragen initiatief dat naast een radicale progressieve sociaal-economische agenda ook Vlaams zelfbestuur hoog op de agenda zet. Niet uit afkeer van Franstaligen maar gewoon omdat dit vanuit bestuurlijk oogpunt beter is voor Vlaanderen en ook voor Wallonië. Iemand die niet hoeft verkozen te worden in een bepaalde regio moet ook niet de pretentie hebben om daarover te willen regeren, voor zover de betrokken bestuurder de streektaal al machtig is. (…) Laat net bij links Vlaanderen over deze absurditeit het grootste onbegrip heersen. Begeesterd door intellectuele luiheid en ongeziene lafheid spreiden zij zo het bedje voor de ultraliberale en verborgen uitsluitingsagenda van de N-VA. Progressief Vlaanderen verdient beter dan dat.” Anders gelezen, beter verdienen? … te beginnen met wat minder gratuite beweringen.
In zijn antwoord (eveneens in Doorbraak) maakt Gerolf Annemans, voorzitter VB,  gretig gebruik van Talhaouis voorzet om N-VA te reduceren (en dit aspect uit te vergroten)  tot  “een donkerblauwe liberale koers.” Zijn verwijzing naar VOKA is daarbij intellectueel bedenkelijk. Maar het geeft hem de kans om in het zelf gecreëerde gat te springen: “En zeker, er is ruimte in Vlaanderen voor een partij met een sterk sociaal profiel binnen een autonomistisch, republikeins perspectief. Die partij bestaat ook, alleen heeft Mohamed Talhaoui dat niet opgemerkt.”
Het gaat verder als volgt: “De metapolitieke agenda van de Vlaamse Beweging is nochtans duidelijk: N-VA en Vlaams Belang komen hopelijk op het historische momentum tot één front, maar nadien, eens de onafhankelijkheid bereikt, vervullen ze in die Vlaamse natie een eigen, specifieke rol. (…) Terwijl het linkse politiek establishment in Vlaanderen zich hopeloos vast rijdt in de Belgicistische logica worden vandaag de krijtlijnen uitgezet van een politiek landschap, eens Vlaanderen onafhankelijk is. Daarin heeft de N-VA zich de rol toebedeeld van VOKA-spreekbuis en wat in de tijd van de Volksunie van weleer een dokterspartij  genoemd werd, terwijl het Vlaams Belang uitgaat van de brede volksklasse,  de werknemers, de kleine zelfstandigen, de bescheiden stadsbewoner en waarom niet, de fermette-Vlaming.”
Dat de argumentatie van Annemans voor een groot stuk klopt - het VB heeft indertijd heel wat kiezers afgetroggeld van de socialisten – mag ons niet doen vergeten dat de opgang van het VB tot ooit de grootste Vlaamse  fractie met bijna 25 % van de kiezers er niet gekomen is door haar nationalistische programma maar door in te spelen op de onmiskenbare mislukking van het multicultureel programma van de progressieve partijen. Daar waren de “bescheiden” mensen inderdaad heel gevoelig voor. Dat N-VA in 2010 veel (dezelfde ex-socialistische) kiezers van het VB kon overhalen heeft – naar mijn aanvoelen – minder met de multicuturele agenda of met het economisch centrumrechts programma te maken. Wel met het toegenomen Vlaamse zelfbewustzijn, bij een brede bevolkingsgroep die zich vooral getroffen weet door de communautaire tegenstelling. Dit België heeft voor deze groep definitief afgedaan. Niet in het minst omdat ze zich bedrogen voelen door de decennialange compromissenpolitiek van de traditionele partijen. Ze kregen geen goed bestuur maar een steeds minder efficiënte, egocentrische en geldverslindende particratie.
Dan volgt er nog een aflevering waarin N-VA politica Zuhal Demir (van Turks-Koerdische origine) de verwijten van Mohamed Talhaoui weerlegt en VB verwijt een alles of niets spel te spelen. Ze besluit met het nieuwe Vlaanderen zal trouwens maar een echte samenleving vormen als we allemaal wat naar elkaar toegroeien en een nieuwe sociologische samenhorigheid laten groeien.”
Hoe ik dat anders lees? De redactie van het maandblad “Doorbraak” waarvoor ik sympathie heb en niet verdenk van domheid, bewijst hiermee dat ze inderdaad niet de “Pravda” is van de N-VA. Deze artikelenreeks getuigt van een onmiskenbare intellectuele correctheid die helaas al even nefast zal blijken te zijn voor Vlaanderen als de Belgicistisch politiek correct denken voor de maatschappelijke eigenheid. Het is het zoveelste aanwijzing dat Vlamingen niet aan hetzelfde zeel kunnen/willen trekken en niet met macht kunnen omgaan. De bijeenkomst van N-VA en PS in Vollezele was daarvan hopelijk de laatste ongelukkige ervaring. Zowel de gezagsgetrouwe Nederlandstalige media als Franstalig België hebben minder moeite met hun anti-Vlaams discours. Mark Grammens is (in zijn laatste Journaal) bijzonder streng voor de media die hij “volksverraad” verwijt en erbij schrijft: “Het volksverraad van de media plaatst de zwaarst mogelijke domper op het perspectief van zelfbestuur voor Vlaanderen. Er volgt geen antwoord meer op de vele valse aantijgingen, de roddels, de verdachtmakingen, de grote en kleine leugens, van de vijanden van het Vlaams zelfbeschikkingsrecht. Hierdoor dreigt de beweging haar vanzelfsprekend gelijk te verliezen en op den duur te verzanden.”  Hij had er voor de volledigheid misschien kunnen aan toevoegen dat onderling gekibbel al even nefast is. Met zo’n vrienden hoeft men zelfs geen vijanden meer te vrezen. Wanneer een pleidooi voor eendracht? De promotie van Vlaanderen dat zich afkeert van kibbelende intellectuelen en de macht die haar in eendracht wacht uit te oefenen?
 
Citaten van de week
Philippe Moureaux twittert: « Si je dis que la Ministre de l'intérieur (Milquet) est un moulin à vent sans grand contenu, suis-je machiste? » Anders Gelezen, een windmolen zonder wind is als Femen zonder tetten.
Prof Carl Devos (in deredactie.be): Ondertussen gonst het van onbevestigde geruchten dat partijen op zoek zijn naar mechanismen om hun financieel verlies door de hervorming van de Senaat, te compenseren. Voor hun boekhouding is dat een goede zaak, voor hun geloofwaardigheid is dat vernietigend.”
En verder: “Geen enkele van die partijen beweert dat er ook na de verkiezingen, tussen 2014 en 2019, geen staatshervorming komt. Als ze dat niet uitsluiten – en dat heeft geen enkele partij tot nu toe gedaan – is het wel, vanuit democratisch oogpunt, noodzakelijk dat ze aan de kiezer voor 2014 duidelijk maken wat er dan eventueel in die zevende staatshervorming zal zitten, die zich na de verkiezingen van 2014 zal of kan voordoen. Zoals ze dat trouwens ook moeten vertellen over de hervorming van de pensioenen of van de belastingen, die allemaal – zoals zoveel zaken – na 2014 geagendeerd worden.”
Prof Hendrik Vuye (dS): Hij mag dan geen partijlid zijn, drie jaar geleden figureerde de taalgrens-Vlaming in de delegatie van Bart De Wever toen die in Vollezele voor het eerst Elio Di Rupo besnuffelde. Zelf lijkt hij ongelukkig met dat etiket: ‘Mijn adviezen zijn gebaseerd op eigen inzichten. Als de N-VA of de Vlaamse beweging die vervolgens overnemen, kan ik daar moeilijk tegen zijn. Ik blijf in de eerste plaats een jurist. Zo’n onderhandeling wilde ik eens van dichtbij meemaken. Het was verbijsterend. Niemand stelde het einddoel voorop, enkel de onderwerpen waarover mocht worden gepraat. Gaandeweg verkleinde die perimeter. Moeten we dan verbaasd zijn over een compromis van het compromis, waarbij het resultaat los staat van de inhoud?”
Ludo Permentier (woorden weten alles in dS): Zeiker, schijter, kutwijf en klote hebben het lang goed gedaan, tot we fuck en shit ontdekten. Dat zijn uitgelezen krachttermen: kort, met eerst een glijdende klank, die uitmondt in een ploffer. Maar als iedereen het de hele tijd roept, is het geen taboe meer en verliezen ze hun reinigend vermogen. Neuken is allang passé. Toen Jan Cremer het in zijn bestseller Ik, Jan Cremer bij ons introduceerde, kon hij er een fortuin mee verdienen. Tegenwoordig moet je er voor betalen. Voor een voetbaltrainer is 300 euro een schijntje, maar het zegt iets over de vergankelijke waarde van het modewoord.
Pjotr
1 mei 2013