14 januari 2014

Liefde voor Brussel maakt blind




MEDIA EN POLITIEK  -   ANDERS GELEZEN


 

 

Opnieuw een klassieke Anders Gelezen: voor de enen een bron van inspiratie voor de anderen een bron van ergernis.



Brussels nationalisme


 

 

Dat Brussel ook in de komende verkiezingsstrijd zijn zeg wil hebben is niet ongewoon. Maar te veel liefde voor Brussel vanuit een anti-Vlaams ressentiment kan averechts werken.
In ‘Brusselsnieuws.be’ (08/01) laat Bert Anciaux (SP.A) zijn licht schijnen over de gevaren van het nieuw Brussels nationalisme. Anciaux laat het volgende optekenen: “Tot niet zo lang geleden zwaaiden hautaine francofone Brusselaars de plak over Vlaanderen en Wallonië. De geschiedenis van dit land staat bol van verfoeilijke praktijken van uitbuiting en vernedering. Onze taal en cultuur oogstten vooral misprijzen. In Brussel werd je als Vlaming beschimpt. Kerk, koning en kapitaal vormden de heersende drievuldigheid, gesmeed op een Franstalig aambeeld”.
Ondanks die voor Vlamingen weinig rooskleurige blik in de achteruitkijkspiegel ziet hij toch kansen voor Brussel als cement voor de Belgische constructie. Maar dan wel op één voorwaarde: dat Brussel geen eigen nationalisme ontwikkelt. Om het met zijn woorden te zeggen: “De zesde staatshervorming geeft de deelgebieden volop kansen op een beter beleid. Brussel kan nu vele uitdagingen aanpakken. Maar deze zegen verwordt tot een vloek, als de eigen pretentie overheerst op de wil om hoofdstad te zijn en de wil om géén concurrent voor Vlaanderen en Wallonië te spelen”.
Ancciaux heeft gelijk om zich zorgen te maken want die ‘Drievuldigheid’ van kerk, koning en kapitaal, is misschien niet meer zo machtig, maar er zijn nog voldoende hardleerse volgelingen. Zij zijn niet geïnteresseerd in de hoofdstedelijke functie die ten dienste staat van alle Belgen. Ze willen wel de eraan verbonden politieke macht verzilveren als een soort van waarborg tegen het aftakelingsproces van de federale staatsstructuur en royale financiële bonussen voor – nog altijd ontbrekend - goed bestuur. Hun nationalisme is als een Muur die bescherming moet bieden tegen een gemeenschappelijke ondergang in een Wallo-Brux federatie én tegen elke vorm van verantwoordelijkheid (lees afhankelijkheid) ten overstaan van buitenstaanders, in casu  Vlaanderen.
Zou Bert Anciaux echt denken dat deze ‘hautaine francofone Brusselaars’ wakker liggen van zijn mening? Mochten ze voor rede vatbaar zijn zouden ze al lang Vlaanderen omarmd hebben in plaats van hun francofonie te exporteren naar Vlaanderen en ondertussen de Vlamingen in Brussel als tweederangsburgers te behandelen.

Een Brusselse gazet


 

Afgelopen week kreeg ik een boos mailtje. Een lezer had naar aanleiding van een artikel over Brussel in De Morgen een reactie opgestuurd die geweigerd werd. Zijn commentaar: “Vandaag betoogt Douglas De Coninck in een lang opiniestuk in De Morgen (11/01) dat een Vlaming beter geen Nederlands spreekt in Brussel; en dat het tijd wordt dat er een einde komt aan de politieke overbescherming van die Vlaamse minderheid. Ik reageerde daarop met twee postings. In de eerste stelde ik dat ik het prima vond dat er een einde kwam aan die vermeende overbescherming, als in ruil ook de pariteit in de regering wegviel, net als de grendels in de grondwet. In de tweede posting stelde ik dat De Morgen een Nederlandstalige Le Soir is geworden: geen Vlaamse krant maar een Brusselse. Geen van beide postings werd op de site gepubliceerd. Terwijl postings afkomstig van de halvegare Pietje Pluk en scheldpartijen van de psychopaat ‘Frank vee’ (om nog te zwijgen van de linkse fanatici Marc Panaye en Jan Dirix) zonder enig probleem het filter passeren.
 
De dag erna kreeg ik over De Morgen een tweede mailtje, ditmaal naar aanleiding van de N-VA-nieuwjaarsreceptie in ‘Flanders Expo’.
 
De lezer citeert uit het artikel van journalist Tim F. Van der Mensbrugghe: “Voor de N-VA is er geen juistere plek om een feestje te houden. Flanders Expo symboliseert als geen ander het moderne Vlaanderen: een hoop blikken dozen met een Engelse naam waarrond een kluwen van autostrades en steenwegen ligt. Supermarkten en hoerenkoten op vijf minuten rijden: zo heeft de Vlaming het graag. Rakelings langs Flanders Expo scheert de R4, een ringweg waar er praktisch nooit file is, zodat je met gemak 120 kunt rijden, zelfs als je maar 90 mag...”. En zo voegt de gebelgde lezer eraan toe: Dat is nog een van de meer beschaafde tekstfragmenten, het gaat tenminste niet over de jaren dertig, wat verderop wél het geval is.
 
Laat mij er nog een citaat aan toevoegen:
“Aan één van de togen spot ik Kamerlid Ben Weyts. Vinnig baasje. Weyts zou een prima terrariumdier zijn als je niet houdt van reptielen: klein, neemt dus niet veel plaats in, maar wel levendig. Wel een tikkeltje territoriaal.
Minder vinnig oogt Liesbeth Homans. Wat ziet zij er weer droef uit, die mevrouw, alsof ze liever ergens anders was dan in Gent. Maar ze hoeft slechts iets raars te doen met haar wenkbrauwen en gerespecteerde journalisten volgen haar zeer gedwee naar de dansvloer.
Een grote lomperik strompelt tegen mij aan, ik bedwing mijn neiging hem een vuistslag toe te dienen. Mijn zelfbeheersing kwam weer van pas, want ik geloof dat het Jan Jambon was. Ik heb geen zin om aan zijn vrouw uit te leggen dat een Kamerlid misschien wel parlementair, maar niet fysiek onschendbaar is”. 
 
Bij zoveel objectieve journalistiek kan ik mij volmondig aansluiten bij de conclusie van de lezer: De Morgen is een Brusselse gazet geworden die Vlaanderen en de Vlamingen haat.
 
Ik geloof niet dat álle journalisten bij DM Vlamingenhaters zijn, maar één alvast wel. Naar aanleiding van een stukje over zijn geliefd Brussel en de volgens hem onvermijdelijke verfransing van Vlaams Brabant, schreef Douglas De Coninck mij het volgende (e-post van 17/12/2008): "Ik ben een paar jaar geleden (even) in Vlaanderen gaan wonen. Ik heb er nog steeds een trauma van: de extreme bekrompenheid, de lelijkheid, de kilheid van de mensen. Doe mij maar Brussel, de mix, de warmte, de drukte, de humor, de laissez-faire. ... Ik weet dat dat zeer persoonlijk en zeer subjectief is, maar ik val nog liever dood dan ooit terug in Vlaanderen te gaan wonen".

 

PS malgoverno


 

In De Tijd (7/01) heeft Louis Verbeke, voorzitter van de Vlerick Business School, grote moeite met de intransparantie van het PS-model (dat was nog voor de N-VA-nieuwjaarsreceptie  waar het ‘PS-model’ hét onderwerp was).
 
Een uittreksel: “La Libre titelde op 20 december dat het Waalse Gewest bijna twee keer meer schuld heeft dan het beweert (meer dan 11 miljard euro). Het verwijst naar het 25ste rapport van het Rekenhof gericht aan het Waals Parlement. De regering voldoet niet aan de normen van ‘régularité, sincérité et d’image de fidélité’. Met andere woorden, hun rekeningen zijn onbetrouwbaar. Als uw bedrijf een beoordeling van zijn externe auditor kreeg zoals de Waalse regering van het Rekenhof, dan zouden het management en de raad van bestuur moeten opstappen. Het is de schuld van het Rekenhof, zeggen de ministers Rudy Demotte (PS) en André Antoine (cdH) ‘sereen’, terwijl het gaat om de strengere Europese normen die consolidatie vereisen, voor iedereen gelden en (uiteraard) in Vlaanderen worden toegepast”.
 
Voorts heeft hij het over de blunders die beschreven worden in het jaarlijks rapport van het Rekenhof. Helaas is het ‘blunderboek’ al heel lang vermakelijke lectuur. Geen kat die daar nog overschrijft of belang aan hecht. Politiek België verdraagt geen transparantie en dus wordt elke blunder met een lachertje afgedaan. Hoelang nog?
 
Zo zal ook Verbeke’s oproep aan het Vlaams parlement om het Rekenhof om uitleg te vragen, zeer waarschijnlijk genegeerd worden. Nochtans zou dat zeer nuttig zijn. Zo kan immers aangetoond worden dat de (in Vlaanderen) onverkozen PS wel degelijk het beleid van de Vlaamse regering bemoeilijkt of zelfs in de weg staat.
 
Opmerkelijk is dat de Vlaamse  media nauwelijks aandacht hebben voor het ‘malgoverno’ van Wallonië en de Frans Gemeenschap. Minister van (Vlaamse) financiën, Muyters heeft duidelijk minder krediet bij deze kwaliteitspers. Verheugend is dat De Tijd hierop een uitzondering is.
 
Dat men volop ruimte geeft aan Paul De Grauwe die beweert dat meer autonomie voor Vlaanderen niet leidde tot betere economische resultaten, toont aan hoe ‘anders’ de geschreven pers omgaat met kritiek op de N-VA.

 

 

Citaten van de week

 

 

Lorin Parys in DS 13/01): Het percentage arme Amerikanen zakte van 17% in 1968, toen de Economic Opportunity Act van kracht werd, naar 11% in 1973. Of dat dankzij Johnson was of dankzij de economische boom, is niet duidelijk. In elk geval is die oorlog niet bepaald gewonnen vandaag. Maar zonder de initiatieven die Johnson door het Congres joeg, zouden nu geen 47 miljoen maar 94 miljoen Amerikanen arm zijn, beklemtonen de voorstanders. In het land dat we vaak als onbeschaafd brandmerken, leeft vandaag nog altijd een goede 15% van de bevolking onder de armoedegrens. Een schande.
Gelukkig betalen wij in België veel meer belastingen dan in het asociale Amerika zodat wij dergelijke armoedecijfers kunnen vermijden, denken wij. We geven dan ook een pak meer uit aan sociale overheidsuitgaven: in percentage van het bruto binnenlands product (bbp) zijn die uitgaven in de VS goed voor 20%, wij spenderen 30% van het bbp. Het resultaat daarvan? Wel, euh, grosso modo hetzelfde als in de VS. Ook bij ons leeft 15% van de bevolking in armoede. Dat is sterk, want in naam van de herverdeling legt onze overheid beslag op meer dan de helft van wat we in dit land produceren. Dat maakt ons tot wereldkampioenen solidariteit. Maar we presteren wat het resultaat betreft wel even slecht als landen die een pak minder uitgeven. Als Vredeseilanden even inefficiënt zou zijn, waren we al lang gestopt met het storten van een bijdrage.
 
Mia Doornaert (in DS 13/01): Als vrijheid degenereert tot gebrek aan verantwoordelijkheidszin, dan krijgen we helemaal geen ‘neoliberale maatschappij’, maar leven we onder besturen die steeds meer van ons belastinggeld uitgeven aan het opruimen van de schade van dat asociaal gedrag, en die zich steeds meer met ons persoonlijk leven (moeten) bemoeien. Want dat is nu de sfeer. Ik hoef de straten niet schoon te houden, ik mag luidruchtig en agressief en stomdronken zijn, ik mag klappen uitdelen en de boel kort en klein slaan, ‘de maatschappij’ moet het maar zien op te lossen.
Sommige GAS-boetes klinken absurd, inderdaad. Maar ze waren er nooit gekomen als burgerzin geen vies woord was geworden. De beste remedie ertegen? Herstel opvoeding in eer, het is hoog tijd. Anders gelezen, zou Mia nu pleiten voor  ‘moeders aan de haard’?
 
Tim F. Van der Mensbrugghe  in DM over de NJ-receptie van Open VLD: Journalisten doen vaak geheimzinnig over de partij van hun voorkeur. Ik niet. U mag gerust weten dat ik trouw en consequent stem op blauw. Ik vertel er u graag bij dat ik mij daar steeds dieper voor schaam. Kies Open Vld en je keert ontgoocheld terug.
 
Pjotr