30 april 2016

Anders Gelezen wordt 'Pjotr's Dwarsliggers'


Waarde politici en opiniemakers,
Beste lezers,
Zo’n vijftien jaar geleden startte ik een nieuwsbrief ‘Anders Nieuws’ waarin de aandacht vooral ging naar de nationale politiek en de Vlaamse media. Sinds de eerste nieuwsbrief voor een twintigtal vrienden is er heel wat veranderd. De Nieuwsbrief kreeg een andere naam ‘Anders Gelezen’, maar de onderwerpen bleven dezelfde. De laatste ‘Anders Gelezen’ waarbij verwezen werd naar mijn blog leerde dat méér dan 70% van de lezers in de drie dagen na het versturen, mijn blog hadden aangeklikt. Zo’n trouw publiek is uitzonderlijk en daar ben ik heel dankbaar voor.
Vandaag is het tijd voor een nieuw initiatief, waarbij ‘Pjotr’ niet langer alleen staat maar kompanen vond die dezelfde visie delen over de rol van alternatieve kleinschalige journalistiek.
Om u vertrouwd te maken met dit initiatief stel ik voor om een kijkje te nemen op onze https://www.dwarsliggers.eu/ en om eerst onze filosofie te lezen. Dan kan u zelf oordelen of u belangstelling hebt voor de tweewekelijkse nieuwsbrief ‘Pjotr’s Dwarsliggers’. De trouwe lezers van ‘Anders Gelezen’ zijn automatisch ingeschreven. Alvast dank om deze aankondiging door te sturen naar vrienden die eventueel ook geïnteresseerd zijn in dit initiatief.  
Voorlopig staan op de webstek een tweehonderdtal artikels die de dwarsliggers vroeger schreven en enkele artikels van gastauteurs. Vanaf nu zullen de drie dwarsliggers zorgen voor nieuw leesvoer en zullen we eveneens interessante bijdragen publiceren van gastauteurs. Neem ook een kijkje in onze videotheek en klik eens de video aan die een historisch overzicht geeft van de evolutie van de staatsgrenzen in Europa. Een schat aan feitelijke informatie voor wie méér wil begrijpen van de Europese politieke en maatschappelijke verscheidenheid.
Wie zijn de ‘Dwarsliggers’?
 
 
Gerard De Beuckelaer, fysicus en gastdocent aan het MIT (Massachusetts Institute of Technlology, Cambridge) en TÜMunchen (Technische Üniversität Munchen). Bij BASF oefende hij meerdere topfuncties uit en eindigde als vice-president BASF USA. Maar nog belangrijker voor de Dwarsliggers is zijn zeer brede belangstelling in diverse domeinen waaronder filosofie, én zijn gedrevenheid om de waarheid te zoeken: ‘Gebeten om te weten’. Gert is auteur van het boek ‘Vlaanderen sterft!’.
Marc Rabaey, heeft een militaire achtergrond maar is vooral een IT-specialist (System Thinking Strategist) die verschillende IT-projecten leidde voor de Generale Staf en de Koninklijke Militaire School. Nadien haalde hij ook nog een doctoraat TEW (Toegepaste Economische Wetenschappen). Het is Marc die in recordtempo de webstek ontwierp en met zijn opus magnum over de economische aspecten van de crisis in het Midden Oosten, gaf hij een visitekaartje af om U tegen te zeggen.
Pierre ‘Pjotr’ Therie, kolonel stafbrevethouder o.r., Member NATO Defense College 1994, gewezen Commandant 11de Geniebataljon, verantwoordelijke voor de bouw van een (UNHCR) vluchtelingenkamp in Kroatië, stafchef Belgisch detachement in Kismayo, Somalië, en gewezen defensieattaché voor Oostenrijk, Zwitserland, Kroatië, Slovenië en Macedonië. Zijn publicaties zijn terug te vinden op www.andersnieuws.eu. Met dit initiatief wil hij zijn lezers méér bieden dan hij ooit alleen zou kunnen.
De Dwarsliggers wensen u allen veel leesplezier.

19 april 2016

Een gevoel van onrechtvaardigheid

Mediaspecialist Frank Thevissen publiceerde op Youtube een videomontage waarin hij de verschillen aantoonde tussen de beelden van de VRT en VTM naar aanleiding van de rellen in Brussel. Dit filmpje werd overgenomen door de nieuwsites van HLN, Het Nieuwsblad, Het Belang van Limburg, Gazet van Antwerpen, De Tijd en enkele N-VA politici zorgden voor verdere verspreiding.  Voldoende reden voor de politiek correcte journalisten om de snode criticus de mond te snoeren.

De gebelgde Björn Soenens, hoofdredacteur van het Nieuws op de VRT reageerde in HLN op een heel bedenkelijke manier en het ‘debat’ op de VRT hierover kan als voorbeeld dienen van de schending van de journalistiek regels.  Thevissen kreeg nauwelijks een wederwoord.
Uiteraard pikte ook De Standaard in op dit incident en  uiteindelijk reageerde de ombudsman, Tom Naegels met een commentaar waarbij hij eindige met de bedenking dat de kritiek ‘onrechtvaardig aanvoelde’. Hij gaf zelfs toe dat het principe van woord en wederwoord niet gerespecteerd werd door de redactie, maar een recht op antwoord was blijkbaar te veel gevraagd. Wordt ongetwijfeld vervolgd.

A star is b(j)orn Soenens
In zijn kritiek op Thevissen bewijst Soenens zijn onvermogen om op een volwassen manier om te gaan met mediakritiek. In zijn reactie (HLN) vond hij het nodig om de lezers te herinneren aan het ontslag van professor Thevissen bij de VUB wegens – volgens Soenens - een gebrekkige kwaliteit. Dat is laag-bij-de-gronds en een hoofdredacteur onwaardig. Even verduidelijken.

Wie dit ontslag toen volgde weet dat er op zijn minst zware vermoedens zijn van politieke inmenging. Immers, Thevissen kwam met het programma ‘De Stemmenkampioen’ waarin gemeten werd naar kiesintenties, tot resultaten die niet alle politieke partijen bevielen. Zijn ontslag riep toen veel vragen op maar de traditionele media voelden zich duidelijk niet geroepen om dat te onderzoeken. Nochtans was het meer dan een gerucht want tijdens het Canvas-programma “PHARA” van 25 februari 2008 zei Luc Van Der Kelen daarover letterlijk het volgende (transcriptie):
Luc Van Der Kelen: ‘Wat er gebeurd is met professor Thevissen vind ik schandelijk voor een universiteit. Voor een stuk is daar politieke druk geweest, dat is onmiskenbaar zo. Er zijn schandelijke dingen gebeurd. Het persoonlijke dossier van professor Thevissen is bijvoorbeeld gepubliceerd in een krant met alle details. Dat is iets wat voor geen enkele arbeidsrechtbank aanvaard wordt.
Lieven Van Gils: (copresentator Phara): Het is veel meer dan een slechte evaluatie geweest volgens u?
Luc van der Kelen: ‘Dat is natuurlijk zo. Dat is begonnen in de tijd dat hij de peiling De Stemmenkampioen in onze krant gedaan heeft en sindsdien heeft hij moeilijkheden, ook aan zijn universiteit. Als je dus aan de VUB de liberalen en de socialisten tegen hebt, dan heb je een probleem.’


Wat Van Der Kelen hierover zei is in dit landje geen uitzondering. Thevissen is niet de eerste die omwille van politieke motieven gebroodroofd werd, en dat weet men bij de VRT en De Standaard maar al te goed. Eigenlijk zou Soenens moeten verplicht worden om een schriftelijk bewijs te leveren van het ontslag door de VUB. Immers, zelfs na een proces heeft Thevissen nooit deze ontslagpapieren kunnen inkijken. Op de dag van de ’uitspraak’ verklaarde de rechter de zaak verjaard en hoefde de VUB deze dus niet te geven!
Even terzijde, vorige zaterdag (16/04) schreef Rik Van Cauwelaert in De Tijd hoe in de Fortis-zaak Christine Schurmans, raadsheer bij het hof van beroep, als zondebok werd geslachtofferd door justitie. Zij zelf verklaarde over deze periode: 'Na zovele jaren aan de andere kant te hebben gezeten, ervoer ik hoe het is om als rechtsonderhorige in contact te komen met en blootgesteld te worden aan onze justitie. Het proces draaide helemaal niet om waarheidsvinding. Het draaide niet om de toetsing van wat er is gebeurd aan onze rechtsprincipes en rechtsregels’. Het zal Thevissen niet zijn die haar zal tegenspreken.

Soenens slaagt er verder in om Thevissen als een marginaal weg te zetten en Naegels volgt hem daar ook in. Dat is ronduit arrogant en ze beseffen duidelijk niet dat de ‘marginaliteit’ van Thevissen het gevolg is van hun onvermogen om als volwassenen om te gaan met kritiek. Tegen dergelijke beschuldiging kan niemand zich verweren. Gratuit maar wel dodelijk voor de persoon.
Voor Soenens komt daar nog een verzwarende omstandigheid bij. Hij is namelijk de man die beweert dat bij het nieuws ook (constructieve!) duiding hoort. Welnu, dan had hij hier zeker kunnen vermelden dat het ontslag van Thevissen toch wel vragen opriep. Maar neen, voor Soenens is duiding enkel nodig om de eigen wereldvisie te onderschrijven. Dat lijkt zeer sterk op narcisme waarbij Soenens zichzelf als norm neemt voor de kwaliteit. De personencultus is duidelijk aan een opmars bezig bij de VRT.

Hoe anders te verklaren dat Soenens in een mail aan een lezer de terroristen bestempelde als 'een luidruchtige minderheid'. Hij zei er net niet bij verwaarloosbaar maar minimaliseerde duidelijk het fenomeen omdat het blijkbaar een onwelkome waarheid is voor de politiek correcte media om met de vinger te wijzen naar de honderdduizenden Islam-supporters van de terroristen. Of heeft hij nooit de beelden gezien uit moslimlanden na de aanslagen in New York, op ‘nine-eleven’?

Naegels op een slappe koord
Vervolgens maakt Naegels in zijn commentaar als ombudsman een sprongetje. Hij vindt dat de N-VA politici die dit filmpje verder doorstuurden nog grotere boosdoeners zijn, want ze geven het filmpje meer gewicht. Deze link tussen N-VA en Thevissen werd voor het eerst via Twitter gelanceerd door Yvan De Vadder, waarbij men zich terecht kan afvragen welke bedoelingen daarbij speelden. Naegels vernoemt expliciet Siegfried Bracke (N-VA), wellicht omdat net Bracke als gewezen VRT-journalist vertrouwd is met de (s)linkse praktijken van ‘het huis van vertrouwen’, en zijn goedkeuring dus een groter waarheidsgehalte geeft aan de kritiek van Thevissen.

Maar daarmee stapt Naegels op een slappe koord. Is het niet de bewuste keuze van de politiek correcte media waaronder DS en de VRT om bepaalde onderwerpen (of invalshoeken) te negeren die aan de basis liggen van de mediakritiek en de blijvende ongeloofwaardigheid van de journalisten?
Dat de krant het recht zou hebben om zelf te kiezen welke onderwerpen in de krant komen, zoals hij ooit liet weten, is wellicht voor een naïef lezerspubliek geen probleem, maar zowel De Standaard als de VRT zouden zich toch beter zorgen maken wanneer ze de waarheidszoekende journalistiek herleiden tot hun eigen norm: deze van een wereldvreemde elite.

Neen meneer de ombudsman, als er bij deze uitschuiver van Soenens en uw krant een gevoel op zijn plaats zou zijn, dan niet een gevoel van onrechtvaardigheid maar van plaatsvervangende schaamte.
Ik kijk uit naar de houding van de VRT en De Standaard indien binnenkort mocht blijken dat de kritiek van Thevissen wel degelijk terecht is. Vermits Soenens die kritiek bestempelde als dodelijk voor het imago van de VRT-nieuwsdienst zou het hem sieren om dan de boetekleren aan te trekken.

Pjotr,

Dwarsligger

02 april 2016

Zijn coiffeur wist niet dat hij gezocht werd

De aanslagen in Brussel zorgden wereldwijd voor commotie maar wat een verschil met  Parijs op 13 november 2015: toen was er geen kritiek te horen, nu wel en die is niet min. We vroegen ons af hoe dat komt.
Djihadisten een taboe-woord
Zowel de VRT als de traditionele geschreven pers deed moeite om de terroristen niet te linken aan de islam. In plaats van balorig te worden over dit ontkenningsgedrag heb ik een simpele vraag: zou iemand eens een bende criminelen willen benoemen die niet omwille van ideologische – religieuze motieven overstapt naar terroristische slachtpartijen? De enige criminelen die ik dan nog zou kunnen verdenken van het zaaien van terreur dragen ronkende titels: president, koning, generaal, kolonel, …
De empathie van veel gewone mensen in en rond Zaventem voor de gestrande vliegtuigpassagiers stond in schril contrast met de wanklanken van de Brusselse allochtone jongeren die duidelijk meer moeite hadden met de aanwezigheid van de politie dan van ‘hun’ jihadisten.
Mia Doornaert roept in haar column (22/03) voor de zoveelste keer op om ‘eindelijk wakker te worden’ . Vooral de eigen redactie zou mogen wakker worden. Ze schreef het zo: “We moeten terdege beseffen dat het grootste deel van de moslimwereld nog altijd het concept niet kent van scheiding tussen religie en staat. En dat de boodschap van jihad tegen ‘de vijanden van de islam’ binnenkomt via tal van zenders, en met op zijn minst een deel van de huidige vluchtelingen uit het Midden-Oosten.”
Zal Doornaert de redactie van DS wakker schudden? Neen, want zij behoort toch tot die ‘uitstervende rechtse minderheid’ waar de krant geen rekening wil mee houden. Ik vrees dat ze hooguit opgevoerd wordt als excuustruus voor de column van Abou Jahjah. Het prototype van de islamist die liegen tegen ongelovigen verhief tot een kunst.
Een landgenoot met veel jaren buitenland op de teller putte uit zijn welgevulde doos met ervaringen: “ik heb 25 jaar gevlogen voor oliemaatschappijen in alle Arabische landen, Algerije, Libye, Sudan, Angola, Yemen, Saudi, Iraq, etc... en ik heb er geleerd dat voor de islam slechts één zaak telt :  de wereld moet veroverd worden voor de islam  en alle manieren zijn goed. Ze zijn allemaal op de één of andere manier geïndoctrineerd . Ze hebben allen een afgrijselijk eerbied voor de profeet , zelfs intelligente ingenieurs doen slaafs wat de rest doet ..., ik zal nooit vergeten toen we de dag van 9/11 in Hassi Messaoud kwamen in het kamp van Anadarko (oliemaatschappij, Houston, Texas), stonden honderden lokale medewerkers te dansen en te springen. Iedereen weet dat de grote boosdoeners o.a. Qatar en Saudi zijn , die honderden miljoenen betalen om in het Westen moskeeën te bouwen , dat Saudi honderden jonge meisjes in alle grote steden in het Westen maandelijks betaald om de foulard te dragen , puur om te provokeren ..., de wereld moet veranderen zoals zij het zien , dan begrijp je hoever we staan. Dit is onze wereld vandaag en dit is waarmee we moeten leven, onze kinderen en kleinkinderen zullen opnieuw moeten vechten voor vrijheid!
Dit gezegd zijnde, blijven we met de vraag zitten hoe het komt dat we na de aanslagen zelfs niet konden rekenen op de onverdeelde steun vanuit het buitenland. Een kleine bloemlezing van de buitenlandse kritiek die vooral hard is voor de politiek.  

Kritische buitenlandse stemmen


Peter Müller Duitse correspondent in Brussel voor Der Spiegel schreef een heel genuanceerd verhaal, lovend voor de manier waarop de bevolking omging met dit drama maar vernietigend voor de politiek.
Wie in zijn tekst zoekt naar de ware oorzaken vindt die snel: het politiek bestel en het veiligheidsbeleid waardoor Brussel het bed spreidde voor jihadisten.
Een ander interessante bemerking van Müller slaat op het feit dat de politieke verantwoordelijken hun bevoegdheid om te ‘oordelen’ overgelaten hebben aan ambtenaren van het Orgaan voor de Coördinatie en Analyse van de Dreiging (OCAD). Die dan het zekere voor het onzekere nemen en daardoor Brussel vorig jaar reeds dagenlang plat lag en de angst deed toenemen (vrij vertaald): “Ofwel weten de ambtenaren iets, en dan moeten ze handelen. Ofwel weten ze niets, en dan moeten ze ophouden de mensen gek te maken. In Brussel echter handelt de regering naar het moto: dat achteraf maar niemand kan zeggen dat we niet gewaarschuwd hebben.”
Wanneer politici de hete aardappel doorschuiven naar ambtenaren, is het moeilijk om hen dan kwalijk te nemen dat ze in plaats van de politici wel risico’s zouden willen nemen. Maar de grootste reden waarom politici en ambtenaren zo bang geworden zijn, ligt bij de  media die als hyena’s op de loer liggen om elke politicus die ook maar verdacht zou kunnen worden van een fout met huid en haar te verslinden. Dat ze ondertussen medeverantwoordelijk zijn voor de permissieve houding van de politici en de verantwoordelijke ambtenaren is één ding, dat ze zelf zo permissief zijn ten aanzien van de Islam-gemeenschap die djihadisten, indien ze die al niet steunt, dan toch op zijn minst weinig in de weg legt, is al even erg.
Peter Müller had aan één zinnetje genoeg om het heel groot probleem van de ‘ingebedde’ djihadisten te benoemen:
‘Zelfs zijn coiffeur wist niet dat hij gezocht werd.’
Minister Yisraël Katz (Israël, bevoegde voor de geheime diensten): “Als ze in België doorgaan met chocolade eten en van het leven genieten, en niet zien dat een deel van de moslims die er wonen terreur wil uitoefenen, dan kan men ook niets doen om die te bestrijden.” Katz noemde de strijd een ,,wereldoorlog van een andere soort".
De ShangaiDaily.com schreef het als volgt (vrij vertaald): “Dat extremisten in staat zijn om belangrijke doelwitten aan te vallen nadat er nog maar enkele maanden voordien in Parijs 130 mensen werden vermoord, roept vragen op over de bekwaamheid van Europa om te reageren op terrorisme. Het doet vragen rijzen over de manier waarop België toeliet dat extremisten zich hier konden nestelen en dat Salah Abdeslam vier maand ongemerkt onder de radar kon blijven.”
De Washington Post zag de aanslagen als een bewijs van de tekortkomingen in het Belgische veiligheidsbeleid en wees met een beschuldigende vinger naar Brussel dat een broeinest (incubator) voor het terrorisme werd.
De Amerikaanse president Barack Obama daarentegen heeft recent opnieuw gepleit om de moslims niet te “stigmatiseren”. Want zo beweert hij, dat speelt in de kaart van de jihadisten, die ons tegen elkaar willen opzetten. Het is verontrustend dat een president blijkbaar nog weinig voeling heeft met de realiteit:
Niet de moslims worden gestigmatiseerd door het Westen, maar de ganse Westerse wereld door een onophoudelijke stroom haatpropaganda vanuit de moslimwereld.
De Amerikaanse ‘moderate moslim’ Raheel Raza, president of Muslims Facing Tomorrow  postte een opname op you tube die Obama’s discours omverblaast met cijfers die voor zich spreken. Een ‘onwelkome waarheid’.

Politiek onvermogen
Dat VS buitenlandminister John Kerry speciaal naar Brussel kwam om de solidariteit van de VS ‘met zijn goede vriend België’ te betuigen, mag dan door een goedgelovige pers en dito politici breed uitgesmeerd worden, in werkelijkheid was het pure politieke recuperatie van een drama, en was zijn belangrijkste boodschap de vraag aan België om ook in Syrië F-16 vliegtuigen in te zetten tegen IS.
Nadat ze zelf al lange tijd nauwelijks succes behaalden, willen ze nu ook zo veel mogelijk ‘partners’ mee in het bad trekken. In een oorlog zonder politieke oplossing, want tegen IS maar vóór Wie? Wie zal het vacuüm opvullen? Dat is de reden waarom het luchtoffensief zo weinig resultaat opleverde terwijl Rusland wél duidelijk koos voor wie en in samenwerking met het Syrië van Assad in enkele maanden tijd de krachtverhoudingen  op het terrein deed kantelen.
Tegen IS, tégen Assad, tégen Kadhafi, tegen Saddam Hoessein, … maar vóór wie? Militaire interventies op basis van de nieuwe strategie van de ‘zero body bags’, die de haat alleen maar aanwakkerden. Het is niet alleen de ongelijke verdeling van de welvaart die oorzaak is van zoveel geweldexplosies. Het is vooral de politiek correcte arrogantie dat de wereld moet herschapen worden naar ons Westers beeld en gelijkenis. Wij beelden ons in dat de rest van de wereld met zijn 6 miljard mensen, achterlijk is en moet ontwikkeld worden. Maar een oorlog voeren met gelijke wapens, dat is te veel gevraagd. Het mag alleen geld kosten, geen moeite. Zoals we nu bezig zijn zorgen we vooral dat de rest van de wereld zich zal afkeren van ons, zoals ze dat al decennia lang doen met de Amerikanen. En het is misschien juist dat de VS goede bedoelingen hadden met hun gewapende interventies, maar helaas niet de verbeelding om te beseffen dat deze interventies niet nodig waren voor de wereld waarin die volkeren leven en niet willen gered worden door ons.

De belangrijkste politieke consequentie
Na dergelijke dodelijke aanslagen die het ganse land treffen, zouden we als burgers mogen verwachten dat de juiste politieke conclusies getrokken worden, maar ik vrees dat het opnieuw een maat voor niets wordt. Wanneer zowel binnenlandse als buitenlandse waarnemers allemaal met de vinger wijzen naar het gedoogbeleid in Brussel en het onfatsoenlijk bestuur, dan kan het niet dat men weer gaat zoeken naar allerlei procedurele en individuele fouten om toch maar niet de vinger op de etterende politieke wonde te moeten leggen.
De buitenlandse commentaren maken duidelijk dat Brussel nooit een meerwaarde zal zijn voor België, laat staan voor Vlaanderen, zo lang de Vlaamse politieke meerderheid tolereert dat Brusselse francofiele satrapen het federale gezag blijvend mogen uitdagen en elk politiek middel misbruiken om hun eigen macht te bestendigen.
Wanneer een verder oplopend aantal doden en honderden gekwetsten nog niet volstaan, wat dan wel? De regeringsmeerderheid moet er nu de stekker niet uit trekken maar het is totaal ongeloofwaardig om naar de volgende verkiezingen te trekken zonder de dwingende eis om Brussel te herleiden tot haar werkelijke proporties: een middelgrote stad die nood heeft aan degelijk bestuur: één burgemeester, één politiezone en één centraal aangestuurde sociale organisatie (waaronder OCMW’s, VDAB, ACTITIS, …). Maar geen taalimperialisme via onderwijs: een Vlaming in Brussel heeft evenveel recht op dezelfde cultuur- en taalbeleving als Vlamingen in Vlaanderen. En niet langer tolereren dat de Franstaligen hun afgedwongen rechten gebruiken om het Nederlands te verdringen.
Hoofdstad van België, maar dan wel onder curatele van een Vlaamse confederale minister die er meteen voor zorgt dat het buitenland weet dat België ook een Nederlandstalige meerderheid telt en de Vlamingen misschien weer goesting krijgen in Brussel.

Pjotr,
Dwarsligger

24 maart 2016

dS is geen krant voor iedereen


De Standaard moet zo pluralistisch mogelijk zijn, zo schreef de ombudsman over zijn krant. Maar nieuwe inzichten en feitelijke informatie spreken deze stelling tegen. 

De Standaard Links én Rechts?
 
Het essay van Tom Naegels lokte heel wat kritiek uit. Onder meer Jaak Peeters schreef in de Nieuwsbrief van de Deltastichting (nr 101) een uitgebreid tegenwoord.
Even Peeters citeren: “De essentiële zinnen uit zijn essay zijn volgens mij: ‘Een volkomen neutrale krant kweekt onverschillige lezers.’ En ‘We leven in een cultuur van rivaliserende tegenculturen. Mensen identificeren zich niet langer met grote gemeenschappen.’
Peeters voegt daar aan toe: Ik begrijp dat Naegels meent dat er eigenlijk twee grote tegenculturen zijn: de linkse en de rechtse. (…) Maar ik zal meteen naar de grond van de zaak gaan: een krant moet zo pluralistisch mogelijk zijn. Echt definiëren doet hij die term niet, maar uit de tekst valt af te leiden dat Naegels bedoelt dat een krant zo veel mogelijk verschillende ideologische strekkingen moet “bereiken”.
Laten we op de bedenking van Peeters even dieper ingaan. De opdeling door dS van zijn lezerspubliek in ideologische strekkingen – Links en Rechts - is op zich al een bedenkelijke zaak die niets te maken heeft met de voornaamste opdracht van een krant: de feitelijke berichtgeving. De ‘nieuwe’ Standaard koos dus duidelijk om een opiniërend medium te zijn, met aan het hoofd een ‘opiniërende hoofdredacteur’. Dat betekent een eigen keuze van ingezonden stukken én de manier waarop de redactie het feitelijke nieuws duidt. Een bewuste keuze die perfect verdedigbaar is, wanneer men er ook voor zorgt dat de duiding slaat op alle ideologieën en op een degelijke manier wordt gebracht.
Volgens een ingewijde die het reilen en zeilen van binnenuit kent heeft dS echter gekozen om niet langer pluralistisch te zijn. De redactie vind het helemaal niet erg dat de rechtse lezers de krant de rug toekeren, want, aldus deze bron, ‘de rechtse lezers zijn meestal oud en zullen van zelf verdwijnen’. Commercieel niet langer nodig en dus kan de ‘Linkse Kerk’ binnen de redactie ongehinderd haar visie uitdragen en ‘Rechts’ marginaliseren tot wat ze voor de redactie is: een uitstervend kliekje malcontenten.
Of dat een voldoende argument is om er ‘niet van wakker te liggen’ durf ik te betwijfelen. Het zou interessant zijn om te weten welk lezerspubliek dS aantrekt. Zelfstandigen allicht, hogere kaderleden met een exact wetenschappelijke achtergrond inclusief academisch geschoolde ambtenaren, juristen en ‘menswetenschappers’, politici en ambtenaren in de sociale en welzijnssector. Wat we wel weten is dat de redacties van de kranten en de VRT vooral opgevuld zijn met linkse ‘menswetenschappers’ die nogal eens moeite hebben met mensen die een vorming kregen in een van de exacte wetenschappelijke richtingen en ‘weten’ belangrijker vinden dan ‘geloof’.
Ook dat ouder wordend groepje kan men best niet onderschatten. Het ziet er niet naar uit dat het aantal zestigplussers snel zal uitdunnen. Maar ja, dS heeft gelijk dat een meerderheid niet rechts en oud is. Ze kunnen best leven van de mooie vissen in hun verzorgd aquarium, zonder lelijke exemplaren zoals de Blobvis, de grenadier of de doornhaai paling.
Gemeenschappen niet meer relevant?

De uitspraak van Naegels dat mensen zich niet meer identificeren met grote gemeenschappen, is uit de mond van een krantenjongen wel heel wereldvreemd. Wat we nu wereldwijd meemaken is immers het tegenovergestelde van wat hij beweert: de talloze conflicten wereldwijd draaien allemaal om gemeenschappen die over hun eigenheid (dat kan van alles zijn: politiek, godsdienst, cultuur, economie) zelf willen beslissen. Ze zetten zich af tegen hun leiders (die niet tot dezelfde gemeenschap behoren, cfr Syrië en Irak, Koerden in Turkijë), of tegen buitenstaanders die hun “way of life” inclusief een politiek systeem (democratie) willen opleggen, zonder zich af te vragen of dat wel de beste keuze is voor deze gemeenschappen. Wie over de grenzen van het eigen landje kijkt kan het met de stelling van Naegels niet eens zijn.
Dat in eigen land, de Vlaamse gemeenschap – die Naegels intentioneel herleidt tot Vlaams-nationalistische gemeenschap – van geen belang meer is, wordt op zijn minst tegengesproken door de politieke keuzes die de kiezers maakten. Bijna de helft van de Vlaamse kiezers kozen bij herhaling voor politieke partijen die wel nog appelleren aan de eigen gemeenschap. Ook al lijkt het bij momenten maar een heel dun schaamlapje, de christendemocratie heeft het nog altijd over CD&Vlaams en niet CD&Belgisch.  Dat voor N-VA de eigen gemeenschap tot nader order een belangrijke rol speelt en daarover onverbloemd communiceert, belet niet dat ze (onder meer daardoor) de grootste partij werd van Vlaanderen. En dat ondanks de volgehouden negatieve benadering van deze maatschappelijke keuze door de traditionele media waaronder De Standaard.
Het besluit van Peeters lijkt mij daarom correct: De Standaard is weggezakt tot een blad van slechts één ideologische strekking van reactionaire aard. De Standaard is inderdaad geen neutrale krant. En ze kweekt geen onverschillige lezers. Ze heeft zich, daarentegen, bewust van Vlaanderen afgekeerd. De waarheid is even scherp als simpel: een klein kliekje redacteuren heeft Vlaanderen zijn elitekrant ontnomen.”

Duidelijke censuur

Het toeval wil dat net deze week een lezer van De Standaard mij informeerde over zijn correspondentie met de redactie van dS. Hij wou weten of de ‘mooie groei’ van Wallonië waarover Peter De Lobel het in een artikel had, wel zo mooi was, want nog altijd lager dan Vlaanderen en België, en hij vroeg zich tevens af of die groei niet sterk werd beïnvloed door de financiële transfers die 5 % van het Waals regionaal product bedragen.

Omdat hij geen antwoord kreeg van De Lobel stelde hij dezelfde vraag aan Ruben Mooijman van de economische redactie. En hij kreeg volgend antwoord: Ikzelf zou het woord mooi wellicht niet gebruikt hebben, maar alles hangt af van je perspectief. Als je ervan uit gaat dat Wallonië een probleemgeval is, kan de vaststelling dat de regio bijna even snel groeit als België een positieve bijklank hebben. Maar het blijft natuurlijk lager dan Vlaanderen. Ikzelf vind het logisch dat er binnen één staat geldstromen plaatsvinden vanuit het economische centrum naar de economische periferie - dat geldt trouwens voor elk land ter wereld. Als je ervan uitgaat dat België een constructie is die eigenlijk niet mag bestaan, dan ligt het anders. Maar dat laatste is vooralsnog geen realiteit. Hiermee heb ik zo eerlijk mogelijk geantwoord op uw vragen.”

Inderdaad een eerlijk antwoord. Maar het weerhield de lezer niet om te wijzen op het feit dat bij ons die transfers wel zeer hoog zijn (daar waar De Lobel deze situeerde op het laagste cijfer ooit, 4,6 miljard euro) en na al die jaren niet verminderde. Het zou wel een ‘mooie’ economische groei zijn mocht ook de werkloosheid dalen in Wallonië zodat de transfers automatisch zouden dalen. (nvdr: er was in 2015 een algemene daling van de werkloosheid in België ten gevolge van federale maatregelen die de duur van de volledige werkloosheidsuitkering voor sommige categorieën inkortten. En blijkbaar waren er meer langdurige werklozen in Wallonië die nu niet langer uitbetaald worden). 

Het antwoord dat de lezer hierop kreeg is wel relevant voor de houding van de redactie ten overstaan van deze Vlaamse verzuchting:
Blijkbaar heeft de politieke redactie ervoor gekozen dit onderwerp verder niet uit te diepen. Ook de economische redactie is dit niet van plan. Ik ben er zelf niet zo enthousiast over, omdat het om een puur hypothetische oefening gaat. Zolang België één land is, zal er immers geen sprake zijn van het schrappen van de transfers.”

Zijn verwijzing naar het schrappen van de transfers is een sprong te ver. Maar het moet ook in België mogelijk zijn om die transfers structureel af te bouwen en het zou dS sieren mochten ze deze volkomen redelijke eis wel steunen. Maar neen, ze vinden de Vlaamse gemeenschap en haar verzuchtingen niet relevant genoeg om daar aandacht aan te besteden.
Dat De Standaard daarmee bewijst géén krant te zijn voor iedereen en meer bepaald niet voor de ‘Rechtsen’, noch voor de Vlaamsgezinde gemeenschap – die voor alle duidelijkheid veel groter is dan de gemeenschap van Vlaams-nationalisten – is overduidelijk. Arm Vlaanderen wanneer zelfs journalisten enkel belangstelling hebben voor hun eigen geloofsgenoten. Ooit las ik iets over ‘bekrompen’ Vlamingen in dS, maar ik dacht niet dat het over journalisten ging.

Pjotr,
dwarsligger (om het rechte spoor te houden)

05 maart 2016

Defensieminister zoekt steun voor F35

PIERRE THERIE – Het Algemeen Nederlands Verbond organiseerde samen met de Vlaamse vredesbeweging een conferentie met als thema: Veiligheid en defensie in tijden van terreur, een gedeelde bekommernis van de Nederlanden. Een analyse.

Inleiding

De conferentie over veiligheid en defensie die doorging in het prachtig kader van de Brabantse Golf te Steenokkerzeel op zaterdag 27 februari, mocht rekenen op de aanwezigheid van minister van Defensie Steven Vandeput en had als ‘key note’-spreker de Nederlandse professor aan de Militaire Academie, Frans Osinga, uitgenodigd. In een tweede deel werd de mening gevraagd aan panelleden[1] over specifieke onderwerpen. De klemtoon lag vooral op de vraag of een samenwerking met Nederland ook betekent dat wij moeten kiezen voor hetzelfde materieel. Zeer concreet ging het dus over de vraag of België ook moet kiezen voor de JSF/F-35A voor de vervanging van de F16 omdat Nederland in 2002 koos voor het JSF project. België weigerde toen mee te doen.
 
De visie van minister Steven Vandeput
De minister nam uitgebreid de tijd om zijn visie toe te lichten. Hij baseerde zich voor de toekomstvisie van onze defensie op de actuele bedreigingen voor Europa; samengevat: (1) De instabiliteit aan onze zuidergrens. De Noord-Afrikaanse landen én het Afrikaanse binnenland waarbij ook de dreiging uitgaande van massamigraties door de klimaatveranderingen. (2) Het Midden Oosten waar de burgeroorlogen zorgen voor de grote vluchtelingenstroom richting Europa en vooral de rijkere landen zoals de Nederlanden. (3) De toegenomen Russische agressiviteit aan onze Oostgrens die vooral gevoeld wordt in  Oekraïne, de Baltische staten en Polen. (4) De Noordergrens die door de opwarming van de aarde zorgt voor een toegenomen belangstelling voor de nieuwe economische mogelijkheden en spanningen veroorzaakt tussen de grensstaten, Rusland, Canada en de VS, en Noordelijk Europa. Zijn besluit: onze veiligheid en de solidariteit met onze internationale partners, EU en NAVO, vereist een bijkomende inspanning voor Defensie.
Voor de keuze van de geplande investeringen was de dominerende factor duidelijk de samenwerking met Nederland, meer bepaald een verdere uitbouw van de samenwerking, door van onderen uit (bottom up) nieuwe synergiën mogelijk te maken. De minister herhaalde dat hij geen voorkeur had voor een bepaalde opvolger, maar wees uitgebreid op de voordelen om voor hetzelfde vliegtuig te kiezen. Hij zocht duidelijk steun voor deze keuze door volgende vraag te richten tot het panel:
En dan komt de vraag voor het panel: Vindt u dergelijk doorgedreven integratie met Nederland voldoende belangrijk om hier in Vlaanderen een voortrekkersrol te spelen in functie van een aankoop van de F-35?
Na veel onderzoek in de afgelopen jaren heeft het panel unisono op uw vraag geantwoord als volgt: wij zijn een samenwerking met Nederland zeer genegen, maar wij willen niet dat u daarom uw imago van goed bestuurder zou overboord gooien.

Haast en spoed is zelden goed
Hoewel het panel jammer genoeg niet de voorziene spreektijd kreeg om alle argumenten te kunnen delen met het publiek, was hun conclusie inzake dit dossier éénduidig en niet mis te verstaan: de F35A is momenteel nog niet rijp genoeg. Ten vroegste vanaf 2020, zullen we hopelijk meer weten en een eventuele keuze voor dit vliegtuig zal pas dan kunnen overwogen worden. Meer over het aankoopdossier volgt in een afzonderlijk bericht.

Het is niet de bedoeling om hierbij alle argumenten aan te halen die leidden tot deze conclusie. Daarvoor verwijzen we u onder meer naar het dossier dat De Bron samenstelde en nog volgende berichten.
Maar naast deze argumenten zijn er andere elementen die meespelen bij de beoordeling. In de eerste plaats de politieke keuze voor een Leger van de Lage Landen, dat inderdaad zou gediend zijn met eenzelfde keuze. Er is ook de angst – zoals die verwoord werd door een gewezen kolonel van de Luchtmacht - dat de keuze uitstellen wel eens het einde van de Luchtmacht zou kunnen betekenen. Dat het corporatisme binnen defensie nog altijd heel erg leeft zal insiders niet verbazen.

Daar tegenover staat de kritiek, hier beperkt tot enkele voorbeelden:

-      Onze concrete vragen aan Lockheed Martin die ook na aandringen en zonder enige uitleg, niet beantwoord worden.

-      De dalende orders, waaronder deze door Nederland dat oorspronkelijk tachtig exemplaren zou kopen maar er uiteindelijk niet meer dan zevenendertig bestelde. Hiermee flirten ze met de noodzakelijke kritische massa en vooral Nederland zou wel eens heel veel operationeel én industrieel voordeel kunnen halen uit onze (dure) keuze voor de F35. Want ook voor hen zijn de operationele capaciteiten niet het enige argument.

-      De sterke aanwijzingen dat zelfs de Amerikaanse Luchtmacht (USAF) niet meer voluit kiest voor één enkel vliegtuigtype (F35) voor alle opdrachten.

Wat er ook van zij, voorzichtigheid is geboden. Daarenboven heeft de minister méér dan gelijk wanneer hij zegt dat het niet noodzakelijk is dat wij voor hetzelfde vliegtuig kiezen. Binnen de NAVO worden permanent gemeenschappelijke operaties uitgevoerd met verschillende vliegtuigtypes, en dat tot eenieders voldoening.
Daarenboven is het voor een ‘Leger van de Lage Landen’ belangrijk om over twee verschillende types te beschikken die mekaar kunnen ondersteunen. Immers, enkel zo krijgen we een grotere autonomie en zijn we minder afhankelijk van de VS. Niet onbelangrijk is dat voor de uitvoering van een belangrijke opdracht, de veiligheid van ons luchtruim, de inzet van een F35A véél te duur is. Kortom, de argumenten om te kunnen beschikken over méér dan één type en niet alle eieren in één mand te leggen, winnen voortdurend aan geloofwaardigheid en belang.

Er is vanzelfsprekend het regeerakkoord en de schrik van N-VA dat het uitstellen van een beslissing over de keuze van het vliegtuig de geloofwaardigheid zou aantasten. Men kan echter deze bekommernis ook omdraaien en stellen dat het de geloofwaardigheid inzake goed bestuur zal aantasten wanneer men beslist om een vliegtuig te kiezen dat nog niet eens operationeel is. Een kat in een zak kopen, alleen maar omdat het in het regeerakkoord staat, is geen goed idee. Welke ondernemer zou in dit stadium dergelijk groot investeringsrisico uit eigen zak durven financieren?
Blijft het gevaar dat een uitstel van beslissing ertoe zou leiden dat de volgende regering een ander besluit zou nemen. Welnu, indien de noodzaak voor de vervanging van de F16 niet eens een regeringswissel overleeft, dan is daar maar één verklaring voor: dat België een onland is dat niet eens verdient om over een degelijke defensie te beschikken. Ik blijf echter tot nader order overtuigd dat dit niet het geval zal zijn en dat bij deze bekommernis andere motieven spelen. Overigens is de vervanging van de F16 niet zo dringend als men ons wil doen geloven. Een uitstel van hooguit vier-vijf jaar is perfect mogelijk zonder risico’s te nemen. Hierover meer in een afzonderlijk bericht over het aankoopdossier.

De strategische rol van de Luchtmacht 
Professor Osinga ging uitgebreid in op de rol van het luchtwapen in een toekomstig conflict. Als gewezen piloot was het echter duidelijk dat hij hierbij vooral de positieve aspecten van het luchtwapen benadrukte.

Het klopt dat de technologische evolutie leidde tot meer effectiviteit, maar ook de prijs steeg navenant. De precisie die momenteel bereikt wordt met (geleide) precisiewapens is opmerkelijk en dat ongeacht of ze afgevuurd worden vanaf een luchtplatform, de marine of op land gestationeerde wapensystemen. Dat heeft ook te maken met de informatie die satellieten ons bezorgen. Tijdens een bezoek van het ‘Nato Defense College’ (NDC) aan het (Noord-Amerikaanse luchtverdediging) NORAD-hoofdkwartier in het Cheyenne Mountain Complex, toonde men ons een bout van ongeveer 15 cm lang en een foto van die bout genomen vanuit de ruimte. Indrukwekkend!
Over de F35 wees Osinga vooral op het belang van de combinatie ‘zien zonder gezien te worden’. En ja, zelfs als de stealth capaciteit niet elke ontdekking voorkomt en in de toekomst nog minder garanties biedt dan nu, blijft het moeilijker te ontdekken en dus een voordeel. Hij bevestigde daarmee echter ook wat andere specialisten reeds verklaarden: dat dergelijke stealth-vliegtuigen ontworpen zijn voor offensieve operaties diep in vijandelijk gebied. Welnu, ik zou graag de passage vinden in de visietekst voor defensie waarin deze opdracht vermeld staat.

Wat niet uit de toespraak van Osinga kon afgeleid worden, is dat het stealth-concept een negatieve invloed heeft op andere karakteristieken van het vliegtuig: De fuselage, de beschikbare bewapening en de aerodynamica. Een alleskunner, kan soms heel veel, maar excelleert meestal niet in elke omstandigheid en voor elke opdracht.
Zero Body Bags

Laten we even afstand nemen van de militair-technische aspecten en deze evolutie in een politiek kader plaatsen. In feite ligt het trauma van de Vietnamoorlog, met de enorme Amerikaanse verliezen, aan de basis van de ontwikkeling van een nieuwe strategie, die we best kunnen duiden met de slogan ‘Zero Body Bags’.
Wanneer vandaag de Luchtmacht, samen met andere stand-off wapensystemen zo ‘in trek’ zijn, dan heeft dat alles te maken met deze dwingende opgave: zo weinig mogelijk slachtoffers onder de eigen troepen. Maar is het wel realistisch om ook maar te denken dat er zoiets bestaat als een oorlog zonder doden? Dat willen de voorstanders van een sterke luchtmacht (inclusief ruimtewapens) ons doen geloven. Maar bewijzen aan de hand van voorbeelden kan men niet. In tegendeel, elke militaire interventie die zich beperkte tot dergelijke ‘veilige (luchtmacht) opdrachten’ bracht geen oplossing, wel meer chaos.

Maar er is meer: sinds de Vietnam oorlog zijn de VS en hun rijke partners nog nooit verwikkeld geweest in een oorlog met een serieuze tegenstander. Het bewijs: sinds dan zijn er slechts twee gevechtsvliegtuigen neergehaald door afweersystemen. Een ervan was dan nog een USAF ‘onzichtbare’ F117 Nighthawk die in Bosnië-Herzegovina ontdekt werd door een verouderd radarsysteem en vervolgens neergehaald werd met een grond-luchtraket.
Een ander aspect aan deze ‘fantastische’ evolutie heeft een ethische grondslag. Dat de rijke landen zich nu wapensystemen kunnen aanschaffen waartegen arme landen geen enkel verweer hebben, zorgde ervoor dat de kloof tussen de arme en rijke landen ook militair steeds groter werd. De toenemende frustraties en haat ten aanzien van deze ‘onoverwinnelijke vijanden’ duwde hen in de richting van wapens die ze zich wel kunnen permitteren: terroristen. Dat fenomeen is overigens niet nieuw. Een Australische vriend die indertijd dienst deed in Vietnam vertelde mij dat hijzelf een incident beleefde waarbij een kindje tot bij een politieagent ging en daar ‘aan een koordje trok’.

Het resultaat van deze evolutie is dat onze hoogtechnologische defensie nauwelijks nog doden veroorzaakt onder de militairen (België telde minder doden tijdens deze recente buitenlandse operaties dan er doden vielen tijdens grootscheepse maneuvers in Duitsland ten tijde van de Koude Oorlog). In elk geval zijn er veel minder militaire slachtoffers dan burgers die in een ‘Body Bag’ belandden na de aanslagen in New York, Londen, Madrid en Parijs. Om niet te spreken over de ontelbare burgerdoden in de hele onstabiele gordel die zich uitstrekt over Afrika, het Midden Oosten tot in het Verre Oosten. Het is een utopie te denken dat er zoiets als onoverwinnelijkheid zou kunnen bestaan. Gelukkig maar.

Ben ik dan een duif geworden? Neen, helemaal niet. Defensie heeft nood aan meer middelen. Maar het mag geen modernisering zijn waarbij het evenwicht tussen de behoefte aan ‘boots on the ground’ en ‘blingbling’ hightech-wapens scheefgetrokken wordt. Zonder morele herbewapening, inclusief het voorzien in een operationele reserve – waarmee ik voor alle duidelijkheid bedoel een vorm van verplichting voor niet-militairen om deel te nemen aan deze inspanning - is elke modernisering vooral een geschenk voor de wapenindustrie, niet voor de veiligheid en de vrede.

Tot zover mijn commentaar bij de toespraken van minister Vandeput en professor Osinga. 

Mag ik, zoals de minister tijdens zijn toespraak deed, ook een knuppel in het hoenderhok gooien en de minister volgende vraag stellen, ditmaal niet over geld maar over mensen: Vermits het leger veel jonge Vlamingen nodig heeft, waarom dan de kazernes in West- en Oost-Vlaanderen sluiten en alles concentreren in de provincie Limburg. Defensie is toch een heel-Vlaamse aangelegenheid?

Opmerkelijke standpunten van het Panel
De teksten van de panelleden zullen te lezen zijn op de webstek van het ANV. Hierna volgen enkel de meest uitgesproken verklaringen:

Professor Tom Sauer, vertegenwoordigde de Vlaamse vredesbeweging, en pleitte vooral voor de beëindiging van de Belgische deelname aan de nucleaire politiek van de NAVO. Opmerkelijk was toch wel dat hij eveneens de nood inzag van een verhoging van de middelen voor een conventionele krijgsmacht.
Generaal-majoor vlieger Karel Vervoort, steunde Sauer in zijn afwijzing van de nucleaire politiek van de VS. Hij putte daarvoor uit zijn rijke ervaring tijdens NAVO oefeningen waarbij de toenmalige Amerikaanse Opperbevelhebber voor een ‘selective release’, een 'beperkte nucleaire aanval' zijn akkoord gaf voor meer dan tweehonderd (!) nucleaire bommen. Als verklaring kreeg Vervoort alleen te horen dat het toch maar om een spelletje ging, een oefening. Tja. Voorts wees Vervoort op een aspect waar hijzelf heel veel ervaring mee heeft: humanitaire operaties in Afrika. Dat deze blijkbaar minder belangrijk geworden zijn vindt hij spijtig, want het voorkwam dat mensen hun streek ontvluchtten en de problemen zich verspreiden over nog meer landen en volkeren. Het publiek zag maar al te goed de link met de huidige situatie.

Ook wetenschapper Gerard De Beuckelaar sloot zich aan bij de afwijzing van de nucleaire politiek en hoewel hij voorstander is voor een hoger defensiebudget wees hij ook op de nood aan meer morele en culturele weerbaarheid. Zonder dat, hield hij het publiek voor, bewijst de geschiedenis dat culturen verdwijnen en dat zal ook het geval zijn met de ingedommelde Europese cultuur.
Daarna volgde nog een gesprek over het dossier ‘vervanging F16’. Omdat dit een complex dossier is, wordt dit deel van het panelgesprek opgenomen in een afzonderlijke bijdrage. We onthouden voorlopig dat zowel Vervoort als De Beuckelaer pleitten voor een uitstel en om pas een keuze voor de opvolger te maken in 2020 wanneer de F35A (en de allernieuwste update van de Gripen E/F) voldoende geëvolueerd is en we ten minste weten in welke mate de beloofde capaciteiten van de F35A ook gehaald zullen worden.

Tenslotte, danken de panelleden organisator Guido Naets, voorzitter ANV-Vlaanderen voor deze organisatie. Gemeten aan de reacties van de aanwezigen was het een succes.
Pierre Therie, moderator
Kolonel Stafbrevethouder o.r.
Gewezen defensieattatché

Pjotr, dwarwligger

   




[1] De panel leden waren: Gerard De Beuckelaer, gewezen senior-vice-president BASF, fysicus en docent aan MIT (Cambridge) en TU München. Tom Sauer, professor Internationale politiek UAntwerpen. Generaal-majoor vlieger Karel Vervoort, gewezen topman FLAG. Moderator, Pierre Therie, kolonel stafbrevethouder, gewezen defensieattaché.